Verder nieuws uit de Grootbeeldkeuken
Supereinemaseope
Panavision
De filmloop van de Todd-AO projector
Zoals te verwachten viel was de zes-kanalige magneti
sche geluidsweergave in één woord uitmuntend te noemen.
Er werd bij de eerste voorstelling te New York nog ge
bruik gemaakt van een afzonderlijke filmstrook, waarop
de 6 magnetische geluidssporen waren aangebracht, doch
dit is niet noodzakelijk.
Behalve de nodige voor- en eindversterkers waren er
24 luidsprekers in gebruik, waarvan 5 achter het doek en
19 in de zaal. De zaal welke oorspronkelijk 2000 zitplaat
sen telde, bood thans plaats aan 1600 bezoekers.
Samenvattende kunnen wij stellen, dat het Todd-AO-
systeem in feite een combinatie is van Cinemascope en
Vistavision. Het heeft de brilliance van het Vistavison-
beeld, alsmede de grootte en de bijzondere geluidskwali
teit van het Cinemascope-systeem. De technische appara
tuur is echter kostbaar en het systeem is overigens
alleen van betekenis voor zeer grote bioscopen met een
daarvoor geschikt stoelenplan.
Zoals reeds elders in dit orgaan werd aangestipt is Todd-
AO al lang niet meer het enige systeem dat is afgestapt
van het standaard 35 mm filmformaat. Ook Fox. Metro
en Columbia maken bij de opnamen reeds gebruik van
een filmformaat ter breedte van 55 of 65 mm.
Onder de naam SuperCimemascope maakt Fox gebruik
van een negatief, dat ruim 55 mm breed is en waarbij
ook de hoogte van het filmbeeld ongeveer is verdubbeld
(8 perforatiegaatjes). Er ontstaat daardoor een filmbeeld,
welks oppervlak ook viermaal zo groot is als dat van het
standaard filmbeeld. Dit grote beeld wordt naar het door
Paramount met haar Vistavision procédé (hierbij heeft het
negatief 21/2 maal de oppervlakte van het standaard
beeld) gegeven voorbeeld, langs optische weg verkleind
tot het bekende Cinemascope 35 mm formaat. Dit levert
dus de voordelen op die van het Vistavision systeem be
kend zijn, te weten een zeer scherp en brilliant beeld,
onder andere doordat de zo gevreesde korrel tot een mini
mum wordt gereduceerd. Daarbij is het anamorphische
opnamesysteem ongewijzigd gehandhaafd. De volgens dit
procédé vervaardigde copieën zullen dus op de bestaande
Cinemascope-installaties vertoond kunnen worden met
dien verstande, dat zij voor magnetische geluidsweergave
ingericht moeten zijn. Het schijnt namelijk niet in het
voornemen te liggen de Supercinemascopefilms ook van
een optische geluidsband te voorzien, omdat men dan de
verhouding van 1 2,55 zou moeten aantasten. Door Fox
wordt derhalve gepropageerd om, wanneer het aanschaf
fen van een volledige vier-kanalige magnetische weergave
apparatuur op economische gronden niet dadelijk moge
lijk mocht zijn, voorlopig gebruik te maken van magne
tische geluidsweergave door middel van slechts één ka
naal. Het geluidsspoor no. 2 (middelste luidspreker) van
de vier sporen, welke de Cinemascope-films bezitten, be
vat namelijk practisch al het geluid, dat in de films van
belang is. Men zou dus kunnen volstaan met een magne
tische aftastinrichting voor dit geluidsspoor en één voor-
versterker. Overigens kan de bestaande versterkerinstal
latie dienst blijven doen. Daar echter een viersporige
aftastinrichting in verhouding slechts weirtig meer zal kos
ten dan een speciale inrichting voor slechts één magne
tisch geluidsspoor, wordt aangeraden de gebruikelijke
viersporige weergavekop toe te passen, waardoor uitbrei
ding te allen tijde mogelijk is.
Bovendien zullen 55 mm Cinemascopecopieën beschik
baar komen, welke evenals bij Todd-AO voorzien zullen
worden van 6 magnetische sporen. Men beweert reeds, dat
er plannen bestaan om de Philips Todd-AO projector ook
voor de vertoning van dit filmformaat geschikt te maken!
Ook Metro beweegt zich al geruime tijd op het terrein
der extra grote filmformaten. Reeds voor het Vistavision
systeem werd uitgebracht experimenteerden de Metro-des
kundigen met opnamecamera's, welke de filmstrook hori
zontaal belichtten en wel over een breedte van 10 perfora
tiegaatjes tegen 8 bij het Vistavision systeem. Thans heeft
zij echter een 65 mm negatief formaat gekozen, hetwelk
ook bij Todd-AO opnamen wordt toegepast. De Todd-AO
opnamen vinden echter plaats met speciale opnamelenzen.
waarbij rekening wordt gehouden met projectie op een
sterk gebogen scherm. Het Metro-syysteem is daarente
gen bedoeld voor vlakke of slechts licht gebogen projec
tieschermen. Bovendien zijn haar opnamen anamorfisch.
dat wil zeggen samengeperst, echter niet in de mate van
het Cinemascopesysteem. De samenpersing bij de opname
is gesteld op 1/3 en bij de vervaardiging van copieën
wordt daaraan optisch nog eens de factor l/ó toegevoegd.
Men beweert, dat op deze wijze de problemen, welke
zich bij anamorfische opnamen met een samenpersings-
factor 2 (Cinemascope) voordoen voor het belangrijkste
deel worden vermeden, hetgeen aan de beeldkwaliteit ten
goede komt en wel speciaal voor wat betreft de rand-
scherpte.
Het is nog niet geheel duidelijk of Metro de volgens dit
systeem vervaardigde copieën op 35 mm formaat zal uit
brengen. Het lijkt ons aannemelijk, dat dit wel zal ge
beuren. De toegepaste methode van samenpersing zal ech
ter de thans in de handel zijnde vaste anamorfische len
zen met een expansiefactor 2. voor dit systeem onbruik-
26