In memoriam
Twaalfde Reclamefilmdag
Internationale Oecumenische
Fil mconfer entie
Onverwacht is op 11 april in de ouderdom van 73 jaar
te Groningen overleden de heer B. Branbergen, exploi
tant van de reizende bioscooponderneming Okaphone, die
hij in 1937/38 te Groningen vestigde. Na de oorlog wer
den in plaatsen als Leens en Zoutkamp vaste exploitaties
gesticht, terwijl in sommige gemeenten, als Zuidhorn, de
frequentie van het aantal voorstellingen zodanig werd op
gevoerd, dat zij het karakter van permanente bioscopen
benaderden. Van de ingeschreven permanente bioscopen
kon echter alleen „De Lauwers" te Zoutkamp op den
duur gehandhaafd worden.
Het Hoofdbestuur heeft de familie Branbergen schrifte
lijk van zijn deelneming doen blijken.
De teraardebestelling van het stoffelijk overschot ge
schiedde op zaterdag 22 april op de begraafplaats Sel-
werderhof te Groningen. Het Hoofdbestuur en het Be
stuur van de Afdeling Het Noorden van de Bond waren
vertegenwoordigd door mevrouw F. F. de Vries-Evenhuis.
Vice-Voorzitster van het Afdelingsbestuur. Namens Bond
en Afdeling waren tevens bloemen gezonden.
Mogen zij in vrede rusten.
Op 19 maart is in de leeftijd van 55 jaar te Best over
leden de heer A. H. der Kinderen, exploitant van de
Bioscoop Bio-Best aldaar, welke zaak hij kort na de oor
log opende.
De begrafenis van het stoffelijk overschot had plaats op
23 maart na een plechtige uitvaartdienst in de parochie
kerk van de H. Odulphus te Best. Het Hoofdbestuur van
de Bond en het Bestuur der Afdeling Het Zuiden waren
vertegenwoordigd door de heer P. Vink Jr. uit Deurne,
die namens deze colleges deelneming betuigde. Door de
Afdeling Het Zuiden waren H.H. Missen verzorgd in de
plaaïs van bloemen.
De plechtigheden werden ook bijgewoond door enig col
lega's van de overleden uit de omtrek alsmede vertegen
woordigers van verscheidene filmleveranciers. die de
overledene een laatste groet kwamen brengen.
Enkele tientallen jaren geleden was de film voor velt
Protestantse Kerken nog taboe. Welk een verandering zich
sedertdien voltrokken heeft bleek nog eens duidelijk ge
durende de internationale oecumenische filmconferentie,
die van 21 tot 23 april te Utrecht gehouden is. Deze con
ferentie ging uit van het Internationaal Oecumenisch
Filmcentrum, dat in 1955 in Parijs in het leven is ge
roepen en waarin de kerkelijke organisaties op filmge-
bied uit een tiental Westeuropese landen samenwerken.
Ook de Wereldraad van Kerken neemt aan deze interna
tionale organisatie deel.
De conferentie begon op vrijdagmorgen 21 april met
een openingsbijeenkomst in de St. Michaelskapel in de
Domtoren. In deze historische ïuimte werden de ruim 60
deelnemers, die 14 verschillende landen en 21 Protestant
se Kerken vertegenwoordigden, welkom geheten door prof.
dr. P. Boendermaker, vice-voorzitter van de Oecumenische
Raad van Kerken in Nederland. Vervolgens hield dr. F.
Hochstrasser (Zwitserland), voorzitter van het Interna
tionaal Oecumenisch Filmcentrum, een rede, waarin hij de
doelstellingen van deze organisatie uiteenzette en nieuwe
plannen voor de toekomst ontwikkelde. Daarna werd voor
het eerst de Oecumenische Filmprijs voor de Speelfilm
toegekend en wel aan Ingmar Bergman voor „Wilde Aard
beien".
Nog dezelfde middag bekeek en bediscussieerde de con
ferentie een aantal kerkelijke films. Tot toekenning van
de tweede Oecumenische Filmprijs, die voor een film in
dienst der Kerk, kon men echter niet komen. Geen van de
ingezonden films kon aan de hoge eisen van de jury vol
doen. Een experimentele film van de Zweedse student Per
Söderberg kreeg een eervolle vermelding.
Op zaterdag 22 april concentreerde de conferentie zich
op de bestudering van een rapport over het filmapostolaat,
dat was uitgebracht door een werkgroep van de Stichting
Filmcentrum, de organisatie, die in Nederland het Inter
nationaal Oecumenisch Filmcentrum vertegenwoordigt.
Rapporteurs van de discussiegroep waren een predikant
en een leraar uit Tanganyika en een Duitse journaliste.
Het Nederlandse rapport is in dit internationale gezel
schap zeer gunstig ontvangen.
De internationale oecumenische filmconferentie werd
afgesloten met een oecumenische kerkdienst in de Dom op
zondag 23 april. Naast twee Nederlandse predikanten gin
gen een Duitse, een Franse en een Afrikaanse predikant
in deze bizondere dienst, waaraan ruim 800 mensen deel
namen, voor. In zijn preek wees ds. A. Dronkers op de
nieuwe houding van de kerken tegenover de film, die ook
vraagt om een nieuwe instelling van de leden der kerken.
Het Internationaal Oecumenisch Filmcentrum kan terug
zien op een geslaagde conferentie. In het bijzonder de aan
wezigheid van vele niet-Europese deelnemers heeft een
stimulerende werking op het verloop van de conferentie
gehad. Besloten werd tot oprichting van een Wereldcomité
voor Kerk en Film, van een Oecumenisch Filmarchief en
van een Internationaal Documentatiecentrum. Dr. F.
Hochstrasser werd herkozen als voorzitter, Pasteur H. de
Tienda (Parijs) werd gekozen als vice-voorzitter en J. A.
Hes (Filmcentrum - Nederland) tot secretaris-penning
meester.
Op 10 mei heeft het Genootschap voor Reclame in het
Flora Theater te Amsterdam zijn twaalfde Reclamefilm
dag gehouden. De belangstelling van de zijde van het be
drijfsleven voor deze manifestatie neemt jaarlijks toe.
Ruim 500 personen woonden ditmaal de Reclamefilmdag
bij.
Van deze toenemende belangstelling maakte de Voor
zitter van het Genootschap, Jhr. W. van Andringa de Kem-
penr.ar, gewag in zijn openingsrede, die overigens gewijd
was aan de bijzondere eisen, waaraan de reclame in deze
tijd van sterk gestegen welvaart moet voldoen.
\ervolgens werden vertoond de vijftien aan de jury
voor de filmprijzen 1960 ter beoordeling ingezonden
films. Al deze reclamefilms hadden in 1960 een normaal
roulement in de bioscopen gehad.
De jury bestond uit:
M. Aronson, Nederlandse Vereniging voor Erkende Ad-
vertentiebureaux
Mevr. M. Berkel-Weyh, Voorzitter Genootschap voor
Reclame;
H. W. Hagenberg, Nederlandsche Vereeniging van Bios
coopreclame-Exploitanten
F. Joustra, Bond van Adverteerders;
L. W. R. Meyer, Bedrijfsafdeling Filmfabrikanten en
Filmproducenten van de Nederlandsche Bioscoop-Bond
94