NIEUWS UIT HET BUITENLAND
Duitse filmkeuring
aan kritiek onderhevig
Nabeschouwing over Berlijn
Veranderingen in Franse
filmindustrie
In Duitsland bestaat de filmkeuring vijftien jaar. Hoewel het
jubileum niet wordt gevierd gaf het aanleiding tot be
schouwingen in de pers. In het vaktijdschrift „Film-echo-
filmwoche" bespreekt Edmund Luft de situatie waarin
Duitsland zich met haar FSK (Freiwillige Selbstkontrolle)
bevindt. Het instituut heeft het niet gemakkelijk en staat
bloot aan velerlei kritiek. Aan de ene kant verlangt men
zwaardere eisen om het normgevoel bij de jeugdige bevol
king niet verder te doen dalen, aan de andere kant wil men
een minder strenge filmkeuring met eigen verantwoording
bij de produktiebedrijven en verhuurders. De eerste groep
vreest dat, onder het voorwendsel van kunstzinnigheid,
voortdurend met meer sexuele taboes wordt gebroken. Zij
stelt dat vooral de vrouw tegen deze ontluistering in
bescherming moet worden genomen. De tweede groep is
van mening dat het zo'n vaart niet loopt en dat men de films
minder streng zal moeten keuren. In zijn artikel haalt
Edmund Luft Amerika aan als voorbeeld van een land
zonder georganiseerde filmkeuring en feliciteert daarop
Duitsland met het FSK instituut. Want, zo zegt hij met
een vermanende vinger, het had bij ons ook anders kunnen
zijn, en hij illustreert dit met het volgende verhaal.
„In Amerika heeft de Compo-organisatie die voortkomt uit
de filmindustrie onlangs 20.000 dollar ter beschikking ge
steld om de provinciale censuur-willekeur te bestrijden. Dit
budget blijkt in geen geval toereikend om de industrie te
beschermen tegen omvangrijke schade. De willekeur is niet
gering. In sommige plaatsen is de mening van een politie
agent voldoende om een film uit de roulatie te halen. In
andere delen van het land bepalen dameskransjes of er
wel of niet moet worden geknipt. Tot voor het hoogste
gerechtshof werd gestreden over de vraag of een Franse
film obsceen moest worden genoemd of dat ze toelaatbaar
was.
De Amerikaanse filmindustrie is in deze gecompliceerde
situatie geraakt omdat het haar blijkbaar niet is gelukt een
door de wet onderschreven produktie-code te doen aan
vaarden".
We geloven dat Edmund Luft wel degelijk overdrijft. Het is
waar dat de gemeentebesturen een film kunnen weigeren,
maar dat de toestand in Amerika dusdanig ernstig is als
hij doet voorkomen, is niet juist. Het is de lezer overigens
misschien opgevallen dat ook de Paus zijn mening over
filmkeuring heeft gegeven.
De producer Sam Spiegel werd, zoals U in de meeste
kranten heeft kunnen lezen, vorige maand in privé-
audiëntie ontvangen. Tijdens het gesprek dat plaatsvond
gaf Paus Paulus VI als zijn mening te kennen dat censuur
op films uitsluitend zou moeten worden uitgeoefend door de
filmers zelf en zeker niet door personen die buiten het
filmwezen staan.
Dit lijkt ons een standpunt dat door de filmmensen van
harte zal worden onderschreven. We vonden trouwens uit
een geheel andere hoek nog een mening, namelijk van de
„Humanistische Unie" in Duitsland, die eveneens in een
„Film-Echo"-aflevering een boodschap richtte aan de leden
van de Freiwillige Selbtskontrolle. De boodschap werd door
het blad in z'n geheel geplaatst en de inhoud komt op het
volgende neer.
Aan alle medewerkers van de filmkeuring wordt gevraagd
zich te weren tegen pressiegroepen die een mening trachten
op te dringen. Dit is noodzakelijk om te voorkomen dat in
de toekomst subjectieve beslissingen worden genomen. De
FSK heeft als opdracht de jeugd te beschermen tegen
wreedheid, onrecht en vooroordelen. Bovendien moet de
FSK ervoor zorgen dat de filmmakers niet in conflict
komen met de strafrechter. De filmkeuring heeft niet als
taak kunstwerken weg te drukken of producenten in de
richting te sturen van het zogenaamde „gezonde vermaak".
Het is ook niet haar taak bepaalde normgevoelens algemeen
bindend te verklaren. Hij, die dit van de FSK eist, degra
deert het keuringsinstituut tot censuurinstrument en bewijst
dat het bij hem zelf schort aan gevoel voor democratie
hetgeen onder andere tot uiting komt in het niet kunnen
respecteren van een afwijkende mening en het niet willen
aanvaarden van het recht op vrijheid voor iedereen.
Daar kan men het in Duitsland dan mee doen.
Het is een vrij duidelijk verhaal waarover we ons wel
verbaasd hebben. Zo'n boodschap wordt immers niet voor
niets geschreven en we vragen ons af of men in Duits
land soms toch niet zó gelukkig is met de FSK.
In de Stuttgarter Zeitung stond een nabeschouwing over het
filmfestival in Berlijn waarvan we u het volgende gedeelte
niet willen onthouden: „Moord, doodslag, honger, oproer
en andere menselijke ellende verschenen op het doek.
Internationale narigheid uit zestien landen, want pas num
mer zeventien, Holland, kwam met een opgewekte film
boordevol humor. Bert Haanstra veegde met zijn docu
mentaire speelfilm „Alleman" in één klap de donkere
wolken weg".
Na het Edinburghse festival lazen wij in de Sunday Times
dat Haanstra met zijn film de belangrijkste bijdrage had
geleverd in de eerste week. Ook andere Engelse bladen
die wij onder ogen kregen wijdden enthousiaste woorden
aan „The Human Dutch", zoals de Engelse titel van
Haanstra's film luidt.
De Franse filmindustrie weert zich tegen dilettantisme.
Nieuwe regelingen maken het mogelijk dat uitsluitend
vaklieden in Je industrie kunnen werken en dat alleen
financieel sterke verhuur- en produktieondernemingen in de
filmindustrie werkzaam kunnen zijn. De filmindustrie is
de laatste jaren zo snel veranderd, dat maatregelen nood
zakelijk waren. Sinds 1948 was de wet op dit gebied
niet veranderd.
Het Centre National de la Cinématograpbie Francaise maak
te nieuwe regelingen bekend die met ingang van 1 januari
1965 zullen gelden. Een produktiebedrijf moet over een
298