PERS, BIOSCOOP EN TELEVISIE
De prinses en de twee wezen
Bedriegelijke verkoop
methoden in de bioscoop
In Studium Generale 4de jaargang nr. 16 stond enige weken
geleden een artikel van de heer J. M. Lücker over de
verhouding tussen pers, bioscoop en televisie. De heer
Lücker is jarenlang hoofdredacteur geweest van De Volks
krant. Hij is onder andere voorzitter van de redactie
commissie van het Polygoon-filmjournaal en voorzitter
van het Nederlands Comité van het Internationale Pers
Instituut. Sedert l januari 1965 is hij adviseur van de
Nederlandse Verenigde Uitgeversmaatschappijen.
Het artikel begint met de constatering dat in de familie
kring van de massacommunicatiemiddelen de televisie nog
altijd het wonderkind is dat door publiek en overheid wordt
voorgetrokken ten koste van pers- en bioscoopwezen. De
pers schrijft de ene keer lovend over de televisie, de andere
keer vol bittere haat. Dit acht de schrijver paradoxaal
evenals enige andere zaken. Hij schrijft: Stel u eens
voor dat Publieke Werken de bioscoopzalen onderhield,
Verkeer en Waterstaat de kranten bezorgde en de redactie
kosten van de dagbladen betaald werden door het Ministerie
van Financiën. In omroepland gebeurt dat dagelijks. De
overheid verzorgt de beeldbuis als een huisorgaan. De
dagbladen mogen zondags pas om middernacht de sport
kranten van maandag gaan zetten, maar de televisie heeft
diezelfde zondag dan soms al vier uur sportnieuws en
commentaar gegeven. Elke meter film in Nederland pas
seert de filmkeuring die door het bioscoopbedrijf bekostigd
wordt, maar de televisie gooit allerlei zaken in de huis
kamers zonder dat enige instantie er zich vooraf om be
kommert.
Verder in zijn artikel schrijft de heer Lücker: De Poste
rijen adverteren trouw het steeds stijgende aantal toestellen;
de Bioscoopbond zucht over het continu teruglopend film
bezoek; de dagbladen betalen invoerrechten op papier en
houden legers van bezorgers op de been die hoe langer
hoe moeilijker te mobiliseren zijn. De overheid stuurt tonnen
naar de omroepen maar de gemeenten romen tonnen af
van de vermakelijkheid die zij film achten. Economische
Zaken houdt de abonnementsprijzen van de bladen zo laag
dat hun lot in handen van de adverteerders is geraakt.
Maar de luister- en kijkgelden gaan regelmatig omhoog
zodat de omroepen steeds meer geld kunnen spenderen
aan programma's die straks ook nog advertenties van de
bladen gaan roven.
De heer Lücker die een insider kan worden genoemd in dit
soort zaken weet badinerend de spijker op de kop te slaan.
Wat betreft zijn laatste opmerking schijnt het plan van
Mr. Cals inderdaad iets in petto te hebben. Het ligt
in de bedoeling dat bepaalde gelden die via reclame
televisie binnenkomen ter compensatie aan de pers zullen
worden afgedragen. De bioscopen zijn tot nu echter nog
niet ter sprake gekomen hoewel het zeker is dat ook zij
ernstige financiële schade zullen lijden, hetgeen in de
huidige precaire situatie voor vele bedrijven een genade
slag zou kunnen betekenen. In de brief die door het Hoofd
bestuur aan Mr. Cals is gestuurd ten tijde van de kabinets
formatie en die elders in dit orgaan is afgedrukt wordt
Mr. Cals hierop gewezen. Als op dit punt voor de bioscopen
niets wordt gedaan zullen de verhoudingen nog schever
worden getrokken dan ze nu reeds zijn. Buiten de af
romende vermakelijkheidsbelasting zou de overheid dan ook
nog reclamegelden naar zich toe trekken die het bedrijf
momenteel beslist niet kan missen.
In de Revue der Reclame werd onlangs de aandacht
gevestigd op de verkoopmethoden van bepaalde firma's
die via acties in plaatselijke bioscopen het publiek hun
produkten trachten te verkopen. Zowel de Consumen
tenbond als de Nederlandse Huishoudraad waarschuwen
hun leden tegen deze verkoopmethoden waarbij de laatste
tijd firma's betrokken waren die snelkookpannen op de
markt brengen. Door middel van een niet geadresseerde
enveloppe die men in de brievenbus vindt, aldus de Revue
der Reclame, wordt men uitgenodigd een filmvoorstelling
bij te wonen. De uitnodiging geldt alleen voor personen
boven achttien jaar en omvat een lot dat recht geeft op
een bepaalde prijs. Uit niets valt af te leiden dat het om
een demonstratie van pannen zal gaan. De jongste versie
wordt ontwikkeld door Gehag Holland NV. te Weesp
die de bezoekers bontprijzen („een juweel van een pastel
nertsbont", „een echt zilver zeehondenbont" etc.) in het
vooruitzicht stelt, mits hun kaart het goede nummer bevat
en men de voorstelling bezoekt. Het blijkt dat alle op de
uitnodigingskaarten voorkomende nummers in de prijzen
vallen, zodat niemand teleurgesteld zou behoeven te zijn,
ware het niet dat de bontprijzen bestaan uit waardeloze
stukjes bont aan een veiligheidsspeld. De filmvoorstelling
blijkt een reclamefilm voo:r snelkookpannen te zijn, ver
gezeld gaand van sales-talk, waarna de pannen aan de
vrouw gebracht worden.
Bovendien blijkt het om dure pannen te gaan die meestal
elders voordeliger betrokken kunnen worden. De Revue
der Reclame schrijft dat in de Enkhuizer Courant de
verkoopmethode aan de kaak werd gesteld met: „Dubieuze
reclame lokt velen naar bioscoop". De burgemeester van
Eelde en de politie van Haren in Groningen verboden de
voorstellingen hoewel het moeilijk schijnt te zijn tegen
deze activiteit op te treden. In verschillende plaatsen
schijnen leden van de Consumentenbond en de Huishoud
raad bij de bioscopen waar dergelijke voorstellingen worden
gegeven te posten om het publiek te waarschuwen.
Onze leden-exploitanten doen er juist aan zich van te
voren goed te vergewissen indien hun zaal te huur wordt
gevraagd wat er precies gaat gebeuren en hoe de huurder
zijn publiciteit gaat voeren opdat de bioscopen niet be
trokken raken bij een laag bij de grondse bedriegelijke
verkoopmethode, die de naam van de bioscoop beslist niet
ten goede komt.
393