J. G. J. Bosman voorzitter De heer Van Royen Dankwoord bij kan dragen tot het commercieel succes van een film. Als zodanig zijn uw verdiensten van historisch belang. Daarvoor komt u alle eer en alle dankbaarheid van het gehele bedrijf en van onze organisatie toe." rjaarna heeft de voorzitter de oor konde van het benoemingsbe sluit betreffende de heer W. K. G. van Royen voorgelezen, daarbij ver klarend: „Als bestuurslid maak ik u mee van af de dag, dat ik in deze organisatie werkzaam begon te zijn. U waart nog geen dertig jaar toen u lid werd van het bestuur van de Afdeling Amster dam en pas goed dertig jaar toen u lid werd van het hoofdbestuur. U hebt in dat bestuur de toch ook niet zo gemakkelijke jaren van voor de oorlog meegemaakt. U hebt meege werkt aan de eerste bedrijfsreglemen- tering en aan de grote moeilijkheden rond het jaar veertig. U hebt dat op de u eigen wijze rustig en met veel tact gedaan. U hebt in de turbulentie van de dagen na 1945 de inspannen de vergaderingen van het hoofdbe stuur meegemaakt en meegewerkt aan beslissingen, die zelfs nachtwerk vereisten. Er wordt wel eens ver geten, welke belangrijke resultaten in het eerste jaar na de oorlog door het werk van het hoofdbestuur en de or ganisatie zijn bereikt. Men denke slechts aan de narigheden veroor zaakt door het besluit E84, de de- viezenblokkering, de moeilijkheden om aan technisch materiaal te komen enz. U waart al die jaren een bijzon der energiek, actief en intelligent lid van het hoofdbestuur, dat dag en nacht voor het bedrijf klaar stond. Nooit werd er tevergeefs een beroep op u gedaan. Ook aan de onderne ming, waarvan u directeur bent,' moeten wij dank betuigen, dat zij al tijd bereid was u voor uw vele Bonds functies af te staan." Hierna wendde de bondsvoorzitter zich tot de drie nieuwe ereleden ge zamenlijk. Hij verklaarde daarbij: „In deze tijd en in al de jaren is het dank zij u mogelijk geweest, dat er zulke burgerdaden konden worden gesteld. Daarvan heeft dit bedrijf en allen die daarin werken, geprofiteerd. Ik wens u drieën nog heel veel jaren van geluk en voorspoed. Ik mag daarbij een uit drukking van een wijze rabbijn ci teren: „In een maat vol noten, gaan nog vele maten olie". Uw maat met noten moge dan vol zijn, door het werk dat u in het algemeen belang ge daan hebt, maar moge er nog veel ruimte zijn voor de olie, dat wil zeggen de rust en het geluk temidden van uw familie in de komende jaren. Moge dat in ruime mate uw deel zijn." "VTadat de heer Wolff zijn erkente lijkheid voor zijn benoeming tot erelid had betuigd, verklaarde hij, on danks het neerleggen van zijn func ties, de tot zijn beschikking staande krachten nog steeds gaarne in dienst te stellen van de organisatie en haar leden. De hesr Meyer sloot zich aan bij de woorden van de heer Wolff. De be noeming tot erelid heeft hem bijzon der getroffen. Wat hij voor de organi satie heeft gedaan, heeft hij ook voor zichzelf gedaan. Hij is immers lid en hij heeft gedaan wat zijn hand te doen vond. Hij vindt het gepast om bij deze gelegenheid te herdenken Eric Pommer, zijn eerste leermeester in het bedrijf; Jo Paerl, die hem in 1933 naar Nederland heeft laten komen en die hem in het bedrijf en in de organi satie in Nederland heeft ingewijd; Frits Strengholt, die hem de gelegen heid heeft gegeven na de oorlog zijn zaak op te bouwen; de heren Feitsma en De Wind, die hem in 1933 in de Filmex hebben opgenomen. Zijn dank gaat in de eerste plaats naar zijn vrouw, die hem altijd in alles met hart en ziel terzijde heeft gestaan en die hem de mogelijkheid heeft ge schonken zijn werk te verrichten op de wijze, zoals dat is gebeurd. Hij is ook dank verschuldigd aan de ver schillende medewerkers, waarbij hij vooral denkt aan Bert Haanstra, Kees Brusse, Prosper Dekeukeleire en aan Frits Peters, die hij bij zoveel ver schillende gelegenheden en in zoveel verschillende functies van nabij heeft meegemaakt en hij dankt ook het per soneel van Cinetone, waar zijn films tot stand zijn gekomen. Hij is grote dank verschuldigd aan de Raad van Beheer van de Maatschappij Tu- schinski en alle bioscoopexploitanten, die hem bij het afsluiten van zijn films hun vertrouwen hebben ge schonken. De heer Van Royen betuigde dank voor de hem verleende onderschei ding. Hij verklaarde, dat wat hij ge daan heeft, hij alleen heeft kunnen doen, omdat hij zich altijd geschraagd voelde door de medewerking en de steun van zijn medebestuursleden, speciaal in het hoofdbestuur. De leden van het hoofdbestuur stonden ook achter hem als hij zelfstandig in bepaalde commissies beslissingen moest nemen, die voor het gehele be drijf soms van groot belang waren. Toen hij zich op een gegeven moment uit zijn zaken terugtrok, is er een leegte in zijn leven ontstaan, omdat nu eenmaal het werk dat hij in de verschillende functies verrichtte een deel van zijn leven uitmaakte. Daar om vindt hij dit erelidmaatschap zo bijzonder vreugdevol, omdat hij thans weer contact met het bedrijf krijgt. TTervolgens kwam aan de orde de voordracht van het hoofdbestuur om de heer J. G. J. Bosman te Aerdenhout te benoemen tot bonds voorzitter. In overleg met laatstge noemde stelde het hoofdbestuur voor de duur der benoeming te bepalen op drie jaren. De heer Bosman droeg bij de behan deling van dit punt de leiding van de vergadering over aan een van de bei de vice-voorzitters, de heer I. Nij- land. Hij verliet tijdelijk de vergader zaal na te hebben verklaard dat hij grote waarde hechtte aan een vrije lijk gevoerde discussie zonder aan zien des persoons. De heren W. Hemelraad, L. van Dommelen, Drs. J. Ph. Wolff en Drs. C. A. Voskuil hebben te kennen ge geven, dat zij bezwaar hebben tegen de door het hoofdbestuur toegepaste werkwijze voorafgaande aan het doen van de voordracht. Zij waren de mening toegedaan, dat de leden in de vergaderingen van hun afdelingen eerst de gelegenheid hadden moeten krijgen zich uit te spreken over de vraag, of de bondsvoorzitter gekozen zou moeten worden uit de kring der bedrijfsgenoten dan wel dat men ie mand buiten deze kring zou prefe reren. De vice-voorzitter, de heer Nijland, heeft hierop geantwoord, dat het hoofdbestuur eerst de afdelingsbe sturen heeft geraadpleegd. Het over grote deel van deze bleek voor een verkiezing van de heer Bosman te

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1969 | | pagina 8