Spontane lach
Boeiende week
27
De Tijd merkt ook op dat het publiek
zou hebben ontbroken, dat nu over de
films moet beslissen. Dat publiek was
er wèl.
Pierre H. Dubois in Het Vaderland:
,,De Internationale Filmweek Arnhem
heeft geen ander doel dan de film
in het middelpunt van de belangstel
ling te plaatsen met alles wat er aan
vast zit. En dat is gelukt. Nog nooit
is er zoveel belangstelling geweest,
was het aantal bezoekers zo groot en
waarschijnlijk het aantal vertoonde
films zo talrijk.
Na een waardering van Erotissimo
zegt hij: zodat de filmweek
Arnhem 1969 op een spontane lach
kon eindigen. En bovendien op een
kwaliteitsgehalte, dat wat frequenter
had mogen zijn al was het gemiddelde
peil van de week zeker niet slecht,
maar met te weinig verrassingen".
Ber Hidsing in Trouw: Met de
drie beste films, die ik al noemde en
eigenlijk „The rain people" ook nog
wel, kwamen wij op de laatste dag
opeens tot zeven beste films en dat
9 Na de uitreiking van de Van der
Rijnprijs grijpen twee laureaten
eikaars hand. René van Nie en Jan
de Bont wensen elkaar geluk en
denken waarschijnlijk aan een der
de die daar niet kan staan, de jong
gestorven Trino Flothuis.
is uiteindelijk dus toch een hoog re
sultaat van de zevende filmweek".
C. B. Doolaard in Het Parool: „Op
vallend was de eensgezinde sfeer van
deze filmweek waarin de aanleiding
voor een „pittig" incident niet aan
wezig bleek". „De belangstelling van
het Arnhemse publiek is tot en met
de laatste dag voor dit filmgebeuren
groot gebleven". Hij heeft lof voor
de perfecte organisatie en zegt „voor
al de persdienst heeft door de uitvoe
rige en tijdige voorlichting uitstekend
gewerkt. Een Belgische collega, die
vindt dat de grote Europese festivals
op dat punt aan Arnhem een lesje
zouden kunnen nemen wordt hier als
objectieve waarnemer graag geciteerd.
De terugblik op het programma leert
dat het vooral over de Nederlandse
korte film een gevarieerd overzicht
heeft geboden. Met als algemene in
druk, dat het duidelijk beschikbare
talent nog altijd niet de gegevens weet
te vinden waaraan het optimaal kan
worden besteed".
En over de uitpraterij: „waar het
plannen en suggesties regende klon
ken de verwijten over en weer minder
scherp dan gewoonlijk".
H. J. Ten Berge in De Telegraaf:
„Juist dat samenkomen van vele ele
menten maakte van Arnhem niet al
leen een drukke maar ook boeiende
week", zegt hij na een inleidend be
toog.
„Er was inderdaad veel informatie
op te doen in Arnhem dit jaar, meer
dan in de twee voorgaande weken,
die ik er heb meegemaakt. Meer dan
toen ook zijn reputaties gedeukt en
gemaakt zowaar zijn ook en
kele nieuwe buitenlandse talenten in
de schijnwerper gekomen", van wie
hij aanneemt, dat ze een nieuwe ge
neratie vertegenwoordigen al zeggen
de namen misschien nu nog weinig.
(Zie verder pagina 28).