in dit SPOEDIGE HERZIENING VAN 'ARTIKEL 240' GEBODEN Tweewekelijkse uitgave van de Nederlandse Bioscoopbond, nummer 4 3 februari 1977 Redaktie en administratie: Postbus 5048, Amsterdam. Tel: 020-799261 Hoofdredakteur: J.Th. van Taalingen Eindredakteur: Bart Eldering Redak tie-coördinatie Ernest Beneder Advertenties: drukkerij Poortpers b.v. Torensteeg 3Amsterdam Tel: 020-231485 Herziening van 'art. 240' geboden pagina 1 Amersfoort kreeg Duo 1 2 pagina 4 J.J. Abeln 80 jaar pagina 5 Max Nabarro gaf stem aan stomme film pagina 6 ANTWOORD FILM Bij de voorplaat: Elly van Stekelenburg in de nieuwe speelfilm 'Bloedverwanten', die 10 fe bruari a.s. in Amsterdam in première gaat. Regie: Wim Lindner, produktie: Jaap van Rij Filmproduktie b.v. De Tweede Kamerleden Voogd, Haas-Berger en Kosto (allen P.v.d.A.) hebben de Minister van Justitie vragen gesteld naar aanleiding van het besluit van de procu reurs-generaal bij de gerechtshoven om op grond van artikel 240 van het Wet boek van Strafrecht een verscherpt vervolgingsbeleid te gaan voeren ten aanzien van bioscoopvoorstellingen. Minister Van Agt heeft laten weten, dat hij betrokken is geweest bij de vorming van het besluit van de procureurs-generaal. Het openbaar ministerie, zo vervolgt de Minister, kan aan de wet zelfstandige wettelijke bevoegdheden ontlenen om tot opsporing en vervolging van een strafbaar feit te besluiten. Voorts geeft Minister Van Agt te ken nen, dat de bekrachtiging door de Re gering van het initiatief-wetsontwerp Voogd/Haas-Berger niets afdoet aan de bevoegdheid van de procureurs-gene raal om krachtens artikel 240 W.v.S. op te treden tegen de openbare verto ning van pornografische films. "Rege ring noch leden van de Staten-Generaal hebben tot dusver een wetsvoorstel aanhangig gemaakt tot wijziging of afschaffing van artikel 240 van het Wetboek van Strafrecht", aldus de Mi nister. Hij liet de vraagstellers nog weten uiteraard tot overleg met de Kamer bereid te zijn. In zijn antwoord gaat de Minister ge heel voorbij aan de intenties van het parlement. Dit heeft zich met grote meerderheid uitgesproken voor af schaffing van de filmkeuring voor vol wassenen met het oogmerk de burger zelf te laten uitmaken wat hij al of niet in de bioscopen wil zien. De Minister gaat ook voorbij aan de omstandig heid, dat als uitvloeisel van de norm verlegging op het terrein van de zede lijkheid de justitiële autoriteiten zelf weinig van het pornografie-artikel overeind hebben gelaten. Daarom ook achten wij de ongunstige uitzonderings positie waarin de bioscopen van onze leden door de Minister van Justitie en de procureurs-generaal zijn geplaatst, onacceptabel. Het is verheugend, dat eerdergenoem de Kamerleden zich evenmin bij de gang van zaken willen neerleggen. Zij nebben zich althans tot de Kamer commissies voor C.R.M, en Justitie gewend voor mondeling overleg met Minister Van Agt en Staatssecretaris Meyer van C.R.M. Mogelijk zal bij dit overleg tevens de motie ter sprake komen van de heer Wiegel (V.V.D.), welke motie tijdens de Tweede Kamer-behandeling van het initiatief-voorstel inzake de Wet op de Filmvertoningen is aangenomen. Deze motie luidde als volgt: "De Kamer, gehoord de beraadslaging over de af schaffing van de filmkeuring voor volwassenen en de invoering van een nieuw systeem van keuring voor jeug digen: overwegende, dat in artikel 240 van het Wetboek van Strafrecht wèl wordt gesproken over geschriften, af beeldingen en voorwerpen die aan stotelijk voor de eerbaarheid zijn, en niét over geschriften, afbeeldingen en voorwerpen met een gewelddadig, sadistisch of pornografisch karakter, welke maatschappelijk schadelijker kunnen zijn; voorts overwegende, dat artikel 240 W.v.S. voor velerlei uitleg vatbaar, nauwelijks hanteerbaar en verouderd is; verzoekt de regering op korte termijn aan de Kamer mee te delen of arti kel 240 W.v.S. naar haar oordeel moet worden herzien en, zo ja, spoedig een wetsvoorstel ter zake aanhangig te ma ken, en gaat 'over tot de orde van de dag." De Minister van Justitie heeft van deze motie, die al weer anderhalfjaar gele den is aangenomen, niet wakker gele gen. Hij heeft meer dan eens doen weten een herziening van de zedelijk- heidswetgeving in dit opzicht niet als een prioriteit in zijn ministeriële werkzaamheid te beschouwen. Wij menen overigens, dat de introduc tie van de begrippen 'geweld' en 'sa disme' nieuwe problemen zou kunnen scheppen. Wanneer men ziet hoe moei-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1977 | | pagina 5