108
130
246
190
225
104
116
180
126
136
96%
89%
73%
66%
60%
545
366
295
232
191
174
347
325
18
0
73
26
40
30
56
VIJF JAAR STICHTING
VIDEO VEILIG
De officiële oprichtingsakte van
Stichting Video Veilig is gedateerd
17 januari 1983. Een reden om spe
ciale aandacht aan het vijfjarig be
staan op 17 januari 1988 te beste
den is er voor de aangeslotenen van
de Stichting niet geweest. De nood
zaak om tot oprichting te komen van
een instantie die zich bezig moet
houden met het bestrijden van ille
gale praktijken in de film- en video
wereld is geen heuglijk feit; een lus-
trumviering zou dan ook misplaatst
zijn geweest.
Toch kan het passeren van zo'n da
tum een goede gelegenheid zijn voor
een terugblik, een toetsing van de
gestelde doelstelling, een toekomst
verwachting.
De aangeslotenen
Uit de film- en videowereld hebben
belanghebbende partijen als N.B.B.,
M.P.A.A. en N.V.P.I. (Video) zich
aangesloten bij Video Veilig; de an
dere twee partijen in dit samenwer
kingsverband zijn Stichting Stemra
en NOS.
N.V.P.I. (Audio) en Stichting Stemra
hadden bij de oprichting van Video
Veilig al jaren ervaring op het gebied
van de piraterijbestrijding, namelijk
in de grammofoonplatenwereld.
Ook daar kende men het probleem.
Door de gezamenlijke inspanningen
is het illegaal kopiëren van geluids
dragers en het verhandelen daarvan
teruggebracht tot een omvang
waarmee de legale handel 'wel kan
leven', zij het tandenknarsend.
Doelstelling
De doelstelling van de Stichting is
het bestrijden van onrechtmatige
exploitatie van filmwerken en andere
audiovisuele werken door middel
van videobanden. Kortweg om
schreven als: de bestrijding van de
videopiraterij.
Sinds in Nederland de videorecorder
als consumentengoed op de markt
is verschenen, kennen wij het begrip
videopiraterij. Hiermee worden alle
handelingen bedoeld die in verband
staan met het dupliceren, verhande
len en verhuren van bijvoorbeeld
speelfilms op videoband, echter
zonder de toestemming van de au
teursrechthebbenden. Handelingen
die ingevolge de artikelen 3132 en
33 van de Auteurswet 1912 worden
aangemerkt als een misdrijf.
Jaarlijks weet de Stichting Video Vei
lig een groot aantal videoverhuur-
punten aan te wijzen waar door de
politie en de Opsporingsdienst ille
gale videokopieën in beslag geno
men kunnen worden. In de afgelo
pen vijfjaren is een groot aantal on
derzoeken op die wijze uitgevoerd
met de resultaten die in onderstaand
overzicht zijn weergegeven.
Videopiraterij
Niet alleen de auteursrechthebben
den worden door dit misdrijf bena
deeld; ook alle anderen die bij de
produktie, de distributie en de verto
ning van speelfilms en videofilms
betrokken zijnAl te vaak wordt over
het hoofd gezien dat het produkt film
niet alleen een culturele en maat
schappelijke dimensie heeft, maar
ook een economische. Degene die
zich vergrijpt aan dit creatieve pro
dukt zou in dit verband veel beter
als parasiet bestempeld kunnen
worden. De benaming piraat, zoals
we dat gewoontegetrouw doen, is in
ons taalgebruikte veel omgeven met
een waas van romantiek.
Strategisch plan
Bij de uitvoering van het hoofddoel
wordt gewerkt volgens een strate
gisch plan, waarbij twee mogelijkhe
den ter beschikking staan, namelijk
de strafrechtelijke en de civielrech-
jaar
1983
1984
1985
1986
1987
gecontroleerde videotheken
processen-verbaal
p.v.'s/gecontr. videotheken
inbeslaggenomen videobanden
56.711
42.507
53.031
29.292
25.976
gemiddeld per videotheek
inbeslaggenomen mastertapes
inbeslaggenomen videorecorders
aantal videoverhuurpunten
3.000
2.500
2.000
1.700
1.500
telijke aanpak. Basis voor de bestrij-
dingsactiviteiten is een combinatie
van de strafrechtelijke en civielrech
telijke middelen (de repressieve
maatregelen). Daarnaast is het van
belang dat de aangeslotenen van
Stichting Video Veilig preventieve
maatregelen treffen om de videopi
raat geen kans te geven illegaal te
kopiëren.
De strafrechtelijke aanpak
Ons land kent de unieke situatie dat
aan de vereniging BUMA en de
Stichting Stemra een Opsporings
dienst is verbonden. Medewerkers
van de Opsporingsdienst zijn door
de Ministervan Justitie benoemd tot
onbezoldigd ambtenaar van het
Korps Rijkspolitie. Ze hebben volle
dige opsporingsbevoegdheid voor
het gehele grondgebied van Neder
land. Bij de uitoefening van hun po
litietaak dienen ze zich te beperken
tot datgene datdirectte maken heeft
met het auteursrecht en de strafbare
feiten die daarmee verband houden
De Stichting Video Veilig kan voor
haar doelstelling gebruik maken van
de diensten van de Opsporings
dienst BUMA/Stemra. De onderzoe
ken in de videoverhuurpunten wor
den verricht door de plaatselijke po
litiekorpsen. De Opsporingsdienst
verleent assistentie en brengt haar
deskundigheid in bij het vaststellen
van de illegaliteit van de aangetrof
fen videokopieën.
De afhandeling van een dergelijke
strafrechtelijke aktie vindt verder
plaats in de rechtszaal, ten over
staan van de politierechter. De straf
maat die volgens de wet gehanteerd
mag worden is laag (maximum boe
te van f. 25.000,- en/of een gevan
genisstraf van een halfjaar).
Een wetsvoorstel tot verhoging van
deze strafmaat is inmiddels door de
Minister van Justitie aan de Tweede
Kamer voorgelegd en wordt hopelijk
vóór het zomerreces door de Twee
de Kamer behandeld (maximum
boetevanf. 100.000,-en/of een ge
vangenisstraf van vier jaar).
35