N.G.F BEELDTESTFILM
Het Nederlands Genootschap
voor Filmtechniek (N.G.F.) heeft
al weer vele jaren geleden een
beeldtestfilm ontwikkeld, waar
mee op eenvoudige wijze veel
nuttige controles in de bioscoop
uitgevoerd kunnen worden.
De film heeft een standaard
lengte van 70 m. en kost f350-,
inkl. een praktische ge
bruiksaanwijzing. Het bestela
dres wordt aan het slot van dit ar
tikel vermeld.
De film is bedoeld voor:
1. controle van de beeldscherp
te;
2. controle van de beeldstand;
3. controle van de beeldforma
ten;
4. controle van de beeldverteke
ning;
5. controle van de vlinderafstel-
ling;
6. controle van de Cinema
scope projektie.
CONTROLE VAN DE BEELD
SCHERPTE
Indien op één van de waaiers in
de hoeken van hettestbeeld (zie
fig. 1) wordt scherpgesteld,
moeten de andere drie waaiers
even scherp worden geprojek-
teerd.
Afwijkingen hebben veelal als
oorzaak dat het geprojekteerde
filmbeeldje niet zuiver loodrecht
staat op de optische as van het
objektief. Dit kan het gevolg zijn
van vervuiling of slijtage in de
filmbaan of van een onjuiste
stand van het objektief. Zeer ge
ringe afwijkingen kunnen hier
tot plaatselijke onscherpte lei
den. Verder kunnen het kabine-
venster of het objektief zelf (min
der goede kwaliteit) onscherpte
veroorzaken.
Is de scherpte in orde, dan kan
men door plaatsing van het Cine-
mascope-voorzetoptiek (ana-
moorfoot), ook de kwaliteit van
dat hulpmiddel controleren.
Treedt hierbij onscherpte op dan
is meestal de oorzaak dat de
voorzetoptiek niet goed op de
zaallengte is afgesteld. Wij gaan
er daarbij van uit dat de optiek
van deugdelijke kwaliteit is en
dus zelf geen onscherpte veroor
zaakt.
CONTROLE VAN DE BEELD
STAND
De uitdrukking: 'het beeld staat
als een blok' wordt nog al eens
gehoord als de operateur denkt
dat zijn geprojekteerde beeld
echt stil staat. Totale stilstand is
evenwel bij normale projektie
technisch niet haalbaar. Vandaar
ook dat een tolerantie van 0.2%
van de beeldhoogte toelaatbaar
wordt geacht. Bij een beeld
hoogte van 5 m.is dat dus 1 cm.
De horizontale en vertikale trap
jes langs de randen van hettest
beeld, afzonderlijk weergegeven
in fig.2, geven de mogelijkheid
om na te gaan hoe het met uw
beeldstand gesteld is.
HORIZONTALE ONRUST MAX -5-H
fig. 2
Meestal heeft men geen extra
hulpmiddelen nodig om te kun
nen zien (van dichtbij) in hoe
verre de trapjes 'dansen'.
Oorzaken van een dansend beeld
in vertikale richting zijn meestal
gelegen in slijtage van het mal-
theserkruis-mechanisme of een
slingerende tamboeras.
Bij horizontale onrust, die overi
gens minder vaak voorkomt, is
doorgaans sprake van zijde
lingse speling in hetfilmvenster.
Bij dit alles gaan wij er natuurlijk
van uit dat de perforatie van de
film in orde is, want bescha
digde perforatie is in de praktijk
de hoofdoorzaak van dansende
beelden.
CONTROLE VAN DE BEELDFOR
MATEN
Op hettestbeeld zijn kaderlijnen
aangebracht voor het standaard
beeldformaat 1:1.37; voor de
wide screen formaten 1:1.75 en
1:1.85 en voor het Cinemascope
formaat 1:2.35.
U kunt dus controleren of uw
maskers voor de verschillende
formaten in orde zijn. Het best
kunt u dat vaststellen door op de
schermkaders, onder en opzij,
een witte strook papier aan te
brengen om goed te kunnen zien
in hoeverre de verschillende
beeldformaten (eventueel) over
de kaderlijsten vallen.
CONTROLE VAN DE BEELD VER
TEKENING
Meestal is de scherpte-diepte
van de thans in gebruik zijnde
objektieven zodanig dat de om
standigheid dat het projektie-
scherm lang niet altijd loodrecht
op de optische as van de projek-
tor staat, geen nadelige invloed
heeft op de beeldscherpte. Wel
kan dit echter beeldvertekening
opleveren. Dit wil zeggen dat de
horizontale of vertikale lijnen van
het testbeeld niet zuiver evenwij
dig worden geprojekteerd. Een
gewijzigde plaatsing van het pro-
jektiescherm is vaak de enige re
medie, maar dat is natuurlijk
lang niet altijd uitvoerbaar. Al
leen wanneer het om ernstige
vertekening gaat, moet iets wor
den ondernomen om daarin ver
betering te brengen.
CONTROLE VAN DE VLINDER-
RAFSTELLING
Wanneer de vlinder in de projek-
tor het transportbeeld te vroeg
of te laat afdekt, dan is dat aan
het beeld te zien en spreekt men
van 'vlindertrek' of 'trekken van
het beeld'. Dit kan men goed
waarnemen aan de reeds eerder
genoemde trapjes in het test
beeld. Men ziet duidelijk 'vegen'
in het beeld naar boven of naar
beneden. De vlinder moet in dat
geval worden bijgesteld in resp.
tegen de looprichting.
Met het oog op onze ondertitels
dient speciaal aandacht te wor
den besteed aan trekvrijheid aan
de onderzijde van het beeld.
Trekkende titels zijn erg storend
en beïnvloeden de leesbaarheid
nadelig.
CONTROLE VAN DE CINEMA
SCOPE PROJEKTIE
Tenslotte nog de controle van
een juiste scope-projektie. De te
gebruiken voorzetoptiek mag de
hoogte van het geprojekteerde
beeld niet beïnvloeden. De
breedte-afmetingen moeten (bij
vaste anamorfoten) precies ver
dubbeld worden.
De rechthoekige figuurtjes op
het testbeeld zijn zodanig beme
ten, dat zij bij scope-projektie
vierkant worden. Dit kan desge
wenst worden nagemeten.
Afwijkingen kunnen worden ver
oorzaakt door tekortkomingen
van de optiek of door vertekenin
gen als bedoeld onder 4.
Zoals u ziet, er kan met deze test-
film heel wat worden gedaan om
de technische kwaliteit van uw
voorstellingen te perfectioneren
en er zou eigenlijk in iedere bios
coop een kopie beschikbaar
moeten zijn.
De testfilm kan worden besteld
bij de penningmeester van het
N.G.F., de heer C. van Zomeren,
Weegbreestraat 4, 3765 XV
Soest, tel.:02155-15085.
Ook veelvouden van bovenge
noemde lengte van 70 m. kun
nen op aanvraag worden gele
verd.
Overigens maakt men van het
testmateriaal in de praktijk
meestal lussen, zodat men met
70 m., bij zorgvuldig gebruik, ta
melijk lang kan doen.
L. Claassen
Secr. N.G.F.
(Vervolg van pag. 69)
een cassette waarin twee modu
les Cat. No. 280T zijn opgeno
men. Deze cassette is onderge
bracht in een frame en is uit het
frame te verwijderen. Hierdoor
is het mogelijk gemaakt om
slechts één set cassette SRA-5
te gebruiken voor meerdere za
len, mits voor deze zalen een
frame wordt toegevoegd aan de
bestaande Dolby installaties.
Vanzelfsprekend kan dan alleen
worden weergegeven in de zaal
waar de cassettes worden toege
past. Maar het kan een financieel
verantwoorde oplossing zijn dat
deze cassettes in het gewenste
frame kunnen worden overge
stoken, bijvoorbeeld van zaal 1
naar zaal 2 enz. Bij het uitnemen
van de cassette uit het frame
wordt automatisch de normale
doorgaande lijnverbinding her
steld.
Op dit moment worden reeds
een aantal bioscoopzalen in Ne
derland van de SR toevoegingen
voorzien. Wanneer zal het
nieuwe geluid in onze bioscopen
voor het eerst klinken?
H. Berg
71