kei 22. Als juridische leek weet ik het niet zeker, maar volgens mij
moet de eerste volzin van het artikel dus letterlijk worden genomen:
de aldaar bedoelde films mogen nimmer worden uitgezonden, dus
ook niet 's avonds laat!
Zélfs mogen ze niet worden uitgezonden door Filmnet en andere zen
ders die de tweede ontsnapping, die van de 'technische maatregelen'
gebruiken. Zo lang deze verspreiders van gecodeerde signalen er
voor zorgen dat enkel 'meerderjarigen' zich kunnen abonneren, zit
ten ze juridisch goed, behalve voor wat betreft de films die bedoeld
zijn in de eerste volzin van artikel 22. (Artikel 1 heeft het trouwens
over uitzenden via kabel, ether of satelliet in al dan niet gecodeerde
vorm, dus er is geen ontsnapping mogelijk!]-
GEVOLGEN
Als ik art. 22 van de ontwerp-richtlijn 'Televisie zonder grenzen' goed
lees komt er een pan-Europese censuur op alle uitzendingen van te
levisiezenders. Of het in de praktijk ook zo'n vaart zal lopen is vers
twee, maar de juridische mogelijkheid is er. De Night Club Specials
van Filmet (daar kom ik misschien nog eens op terug) zullen dus
even tam blijven - op drie of vier Femme-afleveringen na - als altijd
tot nu toe.
Maar als ik art. 22 fout interpreteer is het nog altijd zo dat ons een
Europese richtlijn boven het hoofd hangt die querulanten en politici
in binnen- en buitenland vele aanknopingspunten biedt om de zeden
meester te gaan uithangen. Het goede doel, namelijk de bescher
ming van minderjarigen, waarvoor wij in Nederland een uitstekende,
eigentijdse keuringscommissie hebben, kan door Jan en alleman
worden misbruikt om via de rechter het uitzenden, de ontvangst of
de doorgifte van onwelgevallige programma's tegen te houden.
De klok wordt decennia teruggedraaid. Dat er nooit een porno-zen
der zal komen (zelfs niet in gecodeerde vorm, enkel voor abonnees),
ach, daarmee valt te leven, hoewel het een achterhaalde vorm van be
tutteling is.
Veel erger is de dreigende nivellering. Nu al is het zo dat om commer
ciële redenen - veel kijkdichtheid, veel advertenties - wordt gemikt op
een zo groot en breed mogelijk kijkerspubliek. Alles wat controver
sieel zou kunnen zijn is taboe. Een extreem voorbeeld was de Ameri
kaanse filmindustrie, die tussen 1929 en 1968 (de jaren van de Pro
duction Code) als uitgangspunt heeft gehanteerd dat aNe films per
definitie toegankelijk moesten zijn voor een publiek van alle leeftij
den; dat had de industrie overigens niet zelf bedacht, maar het was
haar opgedrongen door religieuze pressiegroepen. Zo'n idee, dat
haaks staat op het commerciële denken, moet wel tot hypocrisie lei
den. (Gelukkig waren er inventieve regisseurs die toch wel raad wis
ten met 'volwassen' onderwerpen. Pas in 1968 kwam er een leef
tijdsindeling en een categorie X voor ongekeurde films.)
De Nederlandse filmkeuring vond, toen ze nog functioneerde krach
tens de Bioscoopwet 1926 ('tot bestrijding van de zedelijke en maat
schappelijke gevaren van de bioscoop'), dat in elk geval de vitrinefo
to's bij een film 'voor alle leeftijden' moesten zijn. Terecht. (Er be
stond trouwens geen betere reclame dan de balkjes en plakkertjes
over die foto's van scènes die doorgaans uit de film zelf verwijderd
waren.) Om die tijden in de herinnering van de lezers op te roepen
heb ik de redactie gevraagd een paar van de toentertijd officieel afge
keurde vitrinefoto's als illustratie bij dit artikel te zetten.
We zien het tegenwoordig in de Amerikaanse series, zoals Dallas,
Dynasty, North South en noem maar op, en de Australische, zoals
Sons Daughters en Neighbours - om over de internationale copro-
dukties nog te zwijgen - dat ze gemaakt zijn volgens een grootste ge
mene deler-formule. De grenzen zijn verschoven, maar er zijn nog
steeds grenzen. Hoe functioneel dat ook zou zijn, er is bijv. van vrou
wen nooit ook maar één blote tepel te zien, van mannen nimmer ook
maar een glimp van een penis, noch is er ook maar één vloek met het
woord 'God' erin te horen, om maar eens een paar dingen te noe
men. (Wel zijn er altijd heel veel psychiaters.)
Europa gaat ook die kant op. De internationale netten mikken op veel
reclame en veel kijkers. Op controversiële programma's en films voor
minderheden zit niemand meer te wachten. (Zelfs de BBC is de laat
ste jaren vreselijk terughoudend en saai geworden.) De richtlijn waar
ik het in dit artikeltje over heb geeft reclame ruim baan. Onze Verstap
pens en Verhoevens kunnen alvast beginnen gekuiste versies van
hun films te monteren - hier wat bloed weg, daar wat borsten. An
ders trekt de adverteerder zich terug. En het lijkt me verstandig van
nieuwe bioscoopfilms maar vast meteen een pan-Europese televisie
versie te maken.
Het ging al de verkeerde kant op. Er werd gestreefd naar een pro
grammering met weinig risico's: men wilde geen leden verliezen,
geen moslimwraak over zich afroepen, veel kijkers hebben, kansen
creëren op de internationale markt. De nog resterende makers van
creatieve, desnoods controversiële films en tv-programma's mogen
voortaan ook nog rekening houden met art. 22. Wat zouden de her
ders op Kreta hier van denken, kan ik dit wel maken tegenover de vis
sers van Urk?
De richtlijn stelt in artikel 4 dat de lidstaten ervoor moeten zorgen dat
'het grootste gedeelte' van hun zendtijd - behalve informatie, sport
en spel - gereserveerd wordt voor Europese produkties, en wel 'ge
leidelijk'. (Griekenland en Portugal mogen er nog langer over doen.)
Ook deze bepaling speelt voornamelijk de producenten van middle-
of-the-road-kijkersvoer in de kaart. Wie is er nu zo naief te denken
dat je met een louter kwantitatief voorschrift 'automatisch' ook
ruimte schept voor kwaliteit? Met cultuurbeleid heeft het allemaal
niets te maken. In het beste geval wordt Amerikaanse pulp ten dele
vervangen door Europese pulp - maar goed, dat is een ander onder
werp.
Het tot stand komen van deze richtlijn werd gesponsord door het mi
nisterie van WVC en vooral dat van Buitenlandse Zaken.
Constant Janssen
Hands of Orlac (1962)