NFC Onderzoek Tot slot Beingjohn Malkovich kunnen zijn van concurrentievervalsing. Deze discussie krijgt 'handen en voeten' nu duidelijk wordt dat het inwonertal en infrastructuur van de grote gemeenten Amsterdam, Rotterdam en Den Haag ruimte bieden aan de stelling dat filmthe aters uitsluitend gesubsidieerd aanbod en kwetsbare kwaliteitsfilms dienen te vertonen. In de negentien gemeenten waar alleen een bioscoop en filmtheater (a, b) aanwezig zijn - en geen arthouse - zouden bij het navolgen van deze stelling geen economisch middelmatige kwali teitsfilms worden vertoond als de bios coop deze niet programmeert. Cultuurbeleid en vestigingsbeleid Invloeden vanuit de lokale omgeving spelen een sterke rol, waarbij is ingegaan op de relatie tussen de aanwezige com merciële en gesubsidieerde vertoners met de lokale overheid. Niet alleen het cultuurbeleid, maar ook het vestigingsbe leid van de gemeente krijgt indirect de aandacht. Met name het laatste kan een instrument zijn om een diverser filmaan- bod in de gemeente te realiseren, zodat subsidies voor het filmtheater meer gericht kunnen worden op de cinema- theekfunctie, waaronder de vertoning van de kwetsbare kwaliteitsfilm valt*. Cultuurbeleid wordt dan breder beschouwd dan alleen het verstrekken van exploitatie- en programmeringssubsi dies en commerciële exploitanten wor den eveneens gesprekspartners. Theatrical releases De geselecteerde kwaliteitsfilms zijn onderverdeeld naar economische waarde. Na analyse is gebleken dat de commerciële topfilms ook in de filmthea ters hebben gedraaid, ook in plaatsen waar commerciële vertoners aanwezig zijn. Hoewel dit 1% van de totale recette heeft opgeleverd, is de vraag of dit de cinematheekfunctie van de filmtheaters niet onnodig onder druk heeft gezet. De totale recette van de kwetsbare kwali teitsfilm Aprile was overigens lager dan de genoemde 1%. De economisch middelmatige kwaliteits films draaien in de grote steden voorna melijk in arthouses. In gemeenten zonder arthouse, nemen filmtheaters deze func tie over. Ook hier rijst de vraag of dit niet ten koste gaat van de vertoning van het kwetsbare kwaliteitsaanbod en de cine matheekfunctie. Mogelijke redenen hier voor - waaronder te lage subsidie - zijn overigens in het onderzoek 'Meer af stemming en coherentie.uitgebreid besproken, terwijl in onderhavig onder zoek aanzetten voor de dialoog met de gemeenten worden verstrekt. De kwetsbare kwaliteitsfilms hebben in de filmtheaters een roulement gehad, maar incidenteel ook in het commerciële circuit. De groep waarover geen econo mische consensus is bereikt waarbij de filmtitels een middelmatige recette had den, worden vanuit het filmtheater over genomen door de commerciële vertoners. De titels uit deze groep, waar bij de recette laag bleef, hebben hoofdza kelijk een roulement in de filmtheaters gekend. In het onderzoek wordt kort verwezen naar de nieuwe ontwikkelingen in het film- en bioscoopbedrijf, waaruit de con clusie wordt getrokken dat de huidige markt voor de filmvertoning dynami scher is geworden en daarmee minder voorspelbaar. Dynamiek vraagt om flexi biliteit en slagvaardigheid van de betrok ken partijen. Het concretiseren van de huidige situatie is daarbij een hulpmiddel om te kunnen komen tot een wenselijke uitwerking. De aankomende publicatie De positie van de kwaliteitsfilm in Nederland doet dat genuanceerd en ook hanteerbaar. Filmtheaters en Cultuurbeleid, Handreiking voor bestuurders van pro vincies en gemeenten, januari 2002, VNG in samenwerking met de ANF en de NFC, eerder besproken in HFN (nummer 44). Tivee bookers (RCV,Paradiso), twee programmeurs (Wolff, 't Hoogt), twee recensenten (AD, NRC) hebben indivi dueel de lijst beoordeeld. Hiermee is de definitie en selectie van 'kwaliteitsfilms' als het ware uitbesteed volgens de methode judgement by peers'. Eclward Borsboom is secretaris van NFC Onderzoek. De positie van de kwaliteitsfilm in Nederland, M. Binnendijk, 2002, is ver vaardigd tijdens een onderzoeksstage in opdracht van NFC Onderzoek, in samenwer king met de vakgroep Kunstbeleid- en mana gement van de Universiteit Utrecht. Het onderzoek wordt in juni 2002 gepresen teerd voor het genootschap van beleids ambtenaren Cultuur van de middelgrote gemeenten in Nederland. Voor leden van de NVB en NVF is het rapport te bestellen via de secretaris van NFC Onderzoek. 32 - HOLLAND FILM NIEUWS

Historie Film- en Bioscoopbranche

Holland Film Nieuws | 2002 | | pagina 29