42 de uitgifte van een filmblad, waarbij echter geen positieve resul taten werden verkregen. Met de leiders van verschillende persorganen werden meermalen besprekingen gevoerd over de wijze, waarop publicaties omtrent filmvoorstellingen geschiedden. Op verzoek van één der leden werden de bestuurderen, de heeren A. P. du Mee en J. Veerman tot leden van een arbitragecommissie benoemd, die eene beslissing had te wijzen inzake een tusschen bedoeld lid en den Nederlandschen Toonkun- stenaarsbond ontstaan geschil. Door laatstgenoemde organisatie waren ook twee arbiters aangewezen, die met onze beide afdee- lingsbestuurderen overeenkwamen den voorzitter van de Gemeen telijke Bioscoop-commissie, den heer Mr. J. A. van Thiel, tot president der arbitragecommissie te benoemen. Met de Gemeentelijke Bioscoop-Commissie bleef de aangename verstandhouding ook dit jaar tot tevredenheid van bestuur en leden ongewijzigd gehandhaafd. Het heeft het Bestuur zeer veel leed gedaan, dat het in de noodzakelijkheid verkeerd heeft, één der leden te moeten straffen met een boete van 250.omdat dit lid op strooibiljetten zulke misleidende mededeelingen had doen verspreiden, dat daardoor de waardigheid van het bedrijf op de meest roekelooze manier in de waagschaal werd gesteld. Door bemiddeling van het Bestuur werd in het begin van 1926 ten behoeve van het Comité voor de Watersnoodcollecte eene geldinzameling in de Amsterdamsche bioscopen gehouden. Het Bestuur stelde zich echter daarna op het standpunt, dat, waar ons bedrijf door de overheidsorganen zoo onbillijk belast wordt, van Bondswege geen medewerking meer diende te worden verleend tot bevordering van het inzamelen van gelden tijdens de filmvoorstellingen. Wel is bij het Bestuur een plan in overweging, om de behoef- tigen, die door het innemen van dit standpunt gedupeerd zouden kunnen worden, op andere, wellicht betere wijze, hulp en bijstand te verleenen. Door bemiddeling van het Bestuur werd in het afgeloopen jaar een filmvoorstelling georganiseerd voor de verpleegden in het Kankerinstituut.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1926 | | pagina 41