Bijlage D.
KEURING VAN HET GELUID IS NIET
WETTELIJK GESANCTIONEERD.
Motie, met algemeene stemmen aangenomen
in de Jaarvergadering van den Bond.
,,De Nederlandsche Bioscoop-Bond:
bijeen in zijn jaarlijksche algemeene vergadering op 31 Maart
1930 te Amsterdam;
gehoord de mededeelingen van het Hoofdbestuur betreffende het
ingenomen standpunt ten aanzien van de door de Centrale Com
missie voor de Filmkeuring voorgenomen keuring van geluidfsfilms
met inbegrip van het geluid;
van oordeel: dat de Rijkskeuringscommissie buiten haar be
voegdheid handelt wanneer zij van de filmverhuurders eischt, dat
bij de aanbieding ter keuring van geluidsfilms ook de gramophoon-
platen (ter keuring) ingezonden worden;
dat immers zulk een eisch zoowel in de bioscoopwet, als in de
in verband daarmede afgekondigde Koninklijke Besluiten geen
steun vindt;
spreekt het vertrouwen uit, dat de Centrale Commissie voor de
Filmkeuring zich geen taak zal scheppen (keuring van het geluid),
welke niet wettelijk gesanctioneerd is en dringt er bij de Regeering
op aan wel te willen bevorderen, dat het gesproken woord en de
muziek in de z.g. geluidsfilms" evenals het gesproken woord op
het tooneel en het geschreven woord in de pers niet aan censuur
onderworpen worden;
besluit deze motie ter kennis te brengen van den Minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw, die met de uitvoering der
bioscoopwet belast is, van de Centrale Commissie voor de Film
keuring en zulks ter publicatie van de pers."
67