De Commissie van Geschillen" behandelde in het tienjarig tijd
vak 1250 geschillen, terwijl aan het oordeel van den „Raad van
Beroep" vanaf 1 Juli 1924 tot 31 December 1930 96 appèl-zaken
werden voorgelegd.
Indien de Bondsleden, in plaats van hun geschillen aan de arbi
trage te hebben kunnen onderwerpen, zich tot den Rechter hadden
moeten wenden, zouden zij volgens een globale schatting
minstens in die tien jaren alleen aan proceskosten meer dan
ƒ350.000.betaald hebben. Rekent men daarbij de kosten van
rechtskundigen bijstand, welke zeker gemeld bedrag zouden heb
ben overschreden, en vervolgens het renteverlies, dat geleden
zou zijn door het traineeren der behandeling van procedeeren voor
den gewonen Rechter, dan is men niet ver af van een millioen
gulden, welk kapitaal, dank zij de uitnemende functioneering van
het arbitrage-instituut in den Bond door de leden in tien jaren
bespaard is. De overige voordeden, welke door de snelle en des
kundige behandeling der geschillen door de Bondsarbitrage-com
missies zijn verkregen, springt onmiddellijk in het oog bij ieder,
die weet hoe traag de Nederlandsche Rechter vooral ten aanzien
van civiele procedures werkt, daargelaten dat in de meeste geval
len het materieele van de geschillen dikwijls bijkomstig wordt
geacht en het juridische steeds op den voorgrond wordt gesteld.
Velen zijn er in den Bond, die als leden der Commissie van
Geschillen" en van den ,,Raad van Beroep" het arbitrage-werk
van den Bond op zoo'n hoog peil hebben gebracht. Hierbij dient
gereleveerd te worden, dat in de begin-periode de arbitrage-com
missies hoofdzakelijk waren samengesteld uit leden, die tevens
hoofdbestuurderen waren; bij de in 1926 tot stand gekomen
statutenwijziging werd evenwel de bepaling in het leven geroepen,
dat slechts één hoofdbestuurder in de arbitragecommissies zitting
kon nemen.
Samenstelling der eerste en der huidige Geschillencommissie»
De in 1921 samengestelde „Commissie van Geschillen" bestond
uit den heer D. Hamburger te Amsterdam (Voorzitter) en de
heeren D. Hamburger Jr. te Utrecht, E. de Hoop Azn.
te Amsterdam, E. C o h e n B a r n s t ij n te 's-Gravenhage, E d.
P e 1 s t e r te Amsterdam, R. Mind e n te Amsterdam en N. H.
Wolf te Amsterdam (Secretaris). Laatstgenoemde werd op 1
September 1921 vervangen door den toen in functie getreden
Bondsadministrateur, den heer A. de Hoop te Amsterdam.
De samenstelling der Commissie van Geschillen" bij het afslui-