op touw te zetten. In strooibiljetten, welke voor dat theater wer
den uitgegeven, werd het publiek aangeraden de bioscoop niet
te bezoeken zoolang de eisch van de Ver. van Vrienden der
Sowjet-Unie, n.l. dat het theater minstens ééns per maand op
een Zondag te harer beschikking werd gesteld, niet was in
gewilligd!
Ingevolge een besluit van het Afdelingsbestuur heeft de
Directie van het theater, waartegen de actie was gericht,
eenige bestuursleden van de Ver. van Vrienden der Sowjet-
Unie in kort geding doen dagvaarden, teneinde van den Presi
dent van de Rechtbank een verbod tot het verspreiden dier
strooibiljetten uit te lokken.
De President verklaarde echter op formeele gronden (bewe
zen kon n.l. niet worden dat de gedagvaarde bestuursleden van
genoemde Vereeniging voor het uitreiken der strooibiljetten
opdracht hadden gegeven) de vordering niet-ontvankelijk,
hoewel Z.Edelachtbare wel als zijne meening uitsprak dat het
uitreiken der strooibiljetten als een onrechtmatige daad kon
worden beschouwd.
Na de uitspraak van den President werd dan ook het ver
spreiden der strooibiljetten gestaakt.
Terzake had het Hoofdbestuur inmiddels doen onderzoeken
of de algemeene belangen van het bioscoopbedrijf werden
gediend met de handhaving der tusschen de leden der afdee-
ling Amsterdam aangegane overeenkomst. Na de Besturen
van verschillende vereenigingen, die tevoren van de bioscoop
theaters tot het geven van Zondagochtendvoorstellingen ge
bruik hadden gemaakt, gehoord te hebben en na vervolgens
nagegaan te hebben of de stopzetting der Zondagochtend
voorstellingen, hetgeen er aanvankelijk van verwacht was, toe
neming van het bioscoopbezoek op de Zaterdagavonden en
Zondagmiddagen tengevolge heeft gehad, heeft het Hoofd
bestuur een advies voor de afdeeling Amsterdam opgesteld,
waarbij een regeling was ontworpen om de vereenigingen, die
zich door den maatregel van de bioscoopdirecties te Amster
dam gedupeerd achtten, zooveel mogelijk tegemoet te komen.
111