20 pet. werd gebracht, doch daarmee was het bioscoopbedrijf niet gediend. De gemeenten Oss en Harlingen verhoogden de Vermake- lijkheidsbelasting van 10 op 15 pet., Budel van 10 op 20 pet. en Schagen van 15 op 20 pet. In de gemeente Simpelveld wist de Bond daarentegen een succesje te boeken door het daar bestaande belastingminimum van ƒ15.— per voorstelling tot ƒ7.50 verlaagd te krijgen. Aan het eind van het verslagjaar bereikte ons het bericht, dat B. en W. van Meppel voornemens waren aan den Raad voor te stellen de Vermakelijkheidsbelasting te verhoogen van 15 op 20 pet. Het Bondsbestuur verzocht het Gemeentebestuur om een onderhoud, dat werd toegestaan, doch eerst in Januari 1933 plaats vond1). In enkele kleine gemeenten, als Gendringen, Schoonhoven en Zuidbroek, hadden de Gemeentebesturen met hun voor stellen tot invoering of verhooging der Vermakelijkheidsbelas ting geen succes. Evenmin in Terneuzen, waar een der raads leden had voorgesteld de Vermakelijkheidsbelasting op te voeren tot 20 pet., welk voorstel geen meerderheid kon verwerven. In Schiedam daarentegen werd een voorstel van B. en W. om het percentage van 15 op 20 pet. te verhoogen (het voor stel was niet vooraf bekend gemaakt) bij verrassing aange nomen. In het algemeen mag, in aanmerking genomen de in 1932 verkregen resultaten, wel geconstateerd worden, dat de actie in Groningen, die op 11 Januari 1932 bekroond werd met het in werking treden van de nieuwe belastingverordening (20 pet. netto) haar uitwerking niet heeft gemist. Moge er aan den eenen kant reden tot voldoening zijn omdat de Bond erin geslaagd is plannen te verijdelen, die in a) Het onderhoud had tot resultaat, dat B. en W. hun voorstel introkken, 52

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1932 | | pagina 50