Er werden in het afgeloopen jaar niet minder dan 21 Hoofd-
bestuursvergaderingen gehouden (tegen 17 in 1931 en 14 in
1930). Bovendien kwam het Dagelijksch Bestuur tienmaal in
vergadering bijeen (20 maal in 1931 en 13 maal in 1930).
Verscheidene malen werd vervolgens nog vergaderd met
het Bestuur der Bedrijfsafdeeling Filmverhuurders en met de
Besturen der plaatselijke afdeelingen van exploitanten.
De vergaderingen met de afdeelingsbesturen waren hoofd
zakelijk gewijd aan de Statutenwijziging en Reglementsherzie
ning. In een der conferenties met de besturen der plaatselijke
afdeelingen maakte het niet-verhuren der bioscopen aan ver-
eenigingen, een kwestie die vooral in Amsterdam, waar de
leden in onderling overleg een daartoe strekkende overeen
komst hadden gesloten, veel stof had doen opwaaien, een
onderwerp van bespreking uit.
In één der conferenties met het Bestuur der Bedrijfsafdeeling
Filmverhuurders werd een concept-overeenkomst ter tafel ge
bracht, die behelsde den opvolger van een exploitant van film
levering uit te sluiten, wanneer de exploitant, die zijn bioscoop
aan een opvolger heeft overgedragen, zijne verplichtingen
tegenover de verhuurders niet is nagekomen.
Als uitvloeisel van de discussies over dit concept zijn ont
staan de bepalingen, welke intusschen in de Statuten en het
Algemeen Reglement zijn opgenomen en waarin bij toetreding
van een nieuw lid een waarborg, groot ƒ1.000—, gevorderd
wordt als zekerheid tot nakoming der verplichtingen tegen
over den Bond en zijn leden.
Ook werd met het Bestuur der Bedrijfsafdeeling de door
dit college opgeworpen vraag behandeld of de publicatie in
het ,,Nieuw Weekblad voor de Cinematografie" van de uit
spraken van de „Commissie van Geschillen" en den ,,Raad
van Beroep" in het belang van de betrokkenen niet beter
achterwege kon blijven. Het Hoofdbestuur stelde evenwel,
hoofdzakelijk uit repressief oogpunt, op het behoud dezer
publicaties den allerhoogsten prijs.
Ten aanzien van een besluit der afdeeling Den Haag om
90
