te Amsterdam, verhuisde onze Afdeeling met den Nederland-
schen Bioscoop-Bond naar fraaie, ruime kantoorlokalen en
kreeg daar een huisvesting en een meubileering, onze bedrijfs-
afdeeling volkomen waardig.
Rondom deze feiten, welke haar basis en kernpunt vonden
in de reorganisatie van den Bioscoop-Bond en de daarop aan
sluitende wijziging zijner statuten en reglementen, werden nog
verschillende kleinere acties gevoerd, welke hieronder in 't
kort vermelding zullen vinden.
Op voorstel van de Star-film te Haarlem werd overwogen
en gepoogd, om te komen tot gemeenschappelijken inkoop
van filmdoozen. Deze poging moest echter bij gebrek aan
belangstelling worden gestaakt.
Het reeds lang overwogen plan, om te komen tot aanstelling
van een Inspecteur tot inspectie van cabines etc. zou een begin
van uitvoering krijgen, indien niet de heer van Staveren, Voor
zitter van de Centrale Commissie voor de Filmkeuring, tenslotte
geweigerd had om een operateur van een der voornaamste
filmverhuurkantoren om toerbeurten in de cabine der Centrale
Commissie voor de Filmkeuring toe te laten.
De gedachte, om voor deze inspectie gebruik te maken
van den service-man van de combinatie Hamburger Adam,
die wel toegang tot de cabine der Centrale Commissie zou
hebben, moest worden losgelaten, omdat tenslotte van den
heer Hamburger bericht ontvangen werd, dat hij uit zakelijke
overwegingen zijn service-man tot zijn spijt niet kon afstaan.
Aan het voornemen, om te komen tot het oprichten van
een cursus tot opleiding van operateurs, in samenwerking met
het Bureau „P.B.N.A.", kon voorloopig nog geen uitvoering
worden gegeven.
Ook werd overwogen, om te komen tot invoering van een
regeling ter contróleering van theater-recette's bij vertoonin
gen van films op percentage. Deze aangelegenheid is nog
steeds in studie en zal wellicht in 1933 haar beslag krijgen.
Al deze aangelegenheden, vooral het reorganisatiewerk van
den Nederlandschen Bioscoop-Bond en de bestudeering van
102