als de bioscoop het middelpunt van politieke agitatie zou worden.
Derhalve verbood het voorloopig de vertooning dezer beide films.
Door dit besluit was tevens voor de toekomst vastgelegd, althans
voor de periode van gespannen internationale verhoudingen, dat
de leden zich behoorden te onthouden van het vertoonen van films
met een politiek karakter.
Anders was het gesteld ten aanzien van de films, die uit een
bepaald land, met name Duitschland, afkomstig waren. Evenals de
Bond zich indertijd verzette 't was nog vóór het in werking tre
den der Bioscoopwet tegen burgermeesterlijke verboden van
Russische films, alsmede tegen den boycot dezer films, door be
paalde groepen onder de burgerij gepropageerd, stelde het Hoofd
bestuur zich nu ook te weer, toen men hier te lande door boycot
acties tegen de Duitsche films de exploitatie van het Nederland-
sche film- en bioscoopbedrijf in den politieken strijd poogde te be
trekken.
Het Hoofdbestuur was zich er van den beginne aan van bewust,
dat deze netelige kwestie netelig wijl de gebeurtenissen over onze
grenzen ook onze leden niet onberoerd hadden gelaten met tact
moest worden aangevat. Daardoor liet de oplossing langer op zich
wachten dan sommigen leden lief was. Toch slaagde het Hoofdbe
stuur erin, na lange onderhandelingen, vooral met het Bureau tot
boycot van Duitsche waren, hetwelk door zijn publicaties in de bla
den van de N.V. „De Arbeiderspers" dagelijks de lezers aanspoor
de niet de bioscopen te bezoeken, waar Duitsche films vertoond wer
den, aan deze voor het bedrijf schadelijke strijdmethode een eind te
maken. Er werd met voornoemd Bureau een regeling getroffen,
volgens welke na 5 September 1933 geen publicaties meer over
geboycotte films in de bladen van de N.V. „Arbeiderspers" zou
den worden gedaan.
BELASTINGEN.
De financieele lasten, die het film- en bioscoopbedrijf van over
heidswege zijn opgelegd, bleken ook in het afgeloopen jaar de ont
wikkeling van het bedrijf in ernstige mate te bemoeilijken.
Het Hoofdbestuur zag zich dan ook genoodzaakt stelling te ne
men tegen iedere poging om de lasten nog te verzwaren.
Met genoegdoening kan worden vastgesteld, dat door dit optre
den in de meeste gevallen een verzwaring der lasten kon worden
tegengegaan.
18