Afdeeling „Het Oosten". JAARVERSLAG OVER 1935. Het is met leedwezen, dat wij in dit jaarverslag moeten memo- reeren het overlijden van onzen Penningmeester, den heer A. A. van Os. Met raad en daad stond dit algemeen geacht bestuurslid ons steeds terzijde en zijn heengaan beteekent voor ons een onher stelbaar verlies. Dat hij ruste in vrede! Het jaar, dat achter ons ligt, is een jaar geweest van reorgani satie. Van de vele goede dingen, die tot stand zijn gekomen dooi den nood der tijden, nemen het bedrijfsbesluit van 11 Februari en de installatie van den Afdeelingsraad een eerste plaats in. Het zijn twee gebeurtenissen van groot belang voor de exploitanten. Na de herhaalde pogingen, in den loop der tijden ondernomen teneinde tot de oprichting van een Afdeeling Exploitanten te ge raken, heeft het jaar 1935 eindelijk den Afdeelingsraad gebracht. De Afdeelingsraad koos tot voorzitter den heer Joh. Miedema en wel met een meerderheid van stemmen, die ongetwijfeld een groot vertrouwen in onzen Afdeelingsvoorzitter demonstreerde. Bij het verschijnen van dit verslag heeft de Afdeelingsraad reeds ver scheidene bijeenkomsten gehouden en in verschillende behandelde zaken zijn meening aan het Hoofdbestuur kenbaar gemaakt. De jubileumweek ter viering van het 40-jarig bestaan der cine- matographie, de huldiging van den uitvinder Lumière, de talrijke plechtigheden en de berichten hierover in de bladen, hebben onge- twijfel de belangstelling voor de cinematographie in ons land aan gewakkerd, al valt niet te ontkennen, dat door deze herdenking het crisisspook niet uit onze zaken verdreven wordt. Het jaar 1935 bracht verdere daling in ontvangsten en het is voor velen moeilijk, voor sommigen bijna onmogelijk hun zaken zonder verlies te drij ven. Mogen zij beseffen, dat zij een krachtige organisatie nu meer dan ooit noodig hebben. In 1935 hebben nog televisie en smalfilm onze aandacht getrok ken. De televisie staat reeds jarenlang in de kinderschoenen en bevindt er zich nog in, hetgeen echter weer niet wil zeggen, dat wij de ontwikkeling hiervan niet moeten volgen. Het probleem is 134

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1935 | | pagina 131