Zooals reeds vermeld, 1935 gaf niet veel bijzonders en dit is ook
wel te constateeren aan het aantal gehouden Bestuurs- en Leden
vergaderingen, wier aantal respectievelijk bedroeg 7 en 3; een
dezer Ledenvergaderingen kon niet doorgaan, omdat geen der
leden, behalve dan 4 bestuursleden, aanwezig was.
De ingestelde Afdeelingsraad, waarin ook 2 leden der Afd. Het
Westen zitting hebben, is in den korten tijd van zijn bestaan zeer
actief geweest en ontplooit een niet te onderschatten kracht en
werklust.
Den wensch uitsprekende, dat in 1936 het saamhoorigheidsgevoel
en de opofferingsgezindheid der leden, ook in hun eigen belang,
grooter zal zijn dan in het afgeioopen jaar, eindigen wij ons verslag
over 1935.
W. DEN HERTOG Az.,
Februari 1936. Secretaris.
140