P. Vermeer Jr„ Directeur van het Filmverhuurkantoor F.A.N.. te Amsterdam. M. P. M. Vermin, Directeur van het Mabi Theater te Maastricht. Op Maandag, 4 Maart 1935, is de Commissie in het Gebouw van den Bond te Amsterdam geïnstalleerd door den Vice-Voorzitter van den Bond, den Heer B. D. Ochse. Ter bevordering van een snelle behandeling der dispensatie- gevallen is de Studie-Commissie in een aantal sub-Commissies ge splitst voor het hooren van belanghebbenden. De sub-Commissies hadden tot taak rapport uit te brengen aan de Commissie in pleno. die op haar beurt het Hoofdbestuur van advies diende. In den loop van het jaar hebben de heeren F. L. D. Strengholt, A. Tuschinski en G. van Laeken ontslag genomen als lid dezer Commissie en zijn in hun plaats benoemd resp. de heeren J. S. Croeze, lid van de firma Groeze Bosman te Amsterdam, C. van Willigen, Directeur van het Colosseum Theater te Rotterdam en J. C. Weber, Directeur van het Victoria Theater te Alkmaar, terwijl de heer D. v. d. Berg, Directeur van de Berg Film Company te Amsterdam, in verband met ziekte van den heer J. L. Paerl, als plaatsvervangend lid der Commissie heeft gefungeerd. In de buitengewone ledenvergadering van Maandag 17 Juni 1935, in Hotel Krasnapolsky te Amsterdam, is het Bondsbesluit van 11 Februari nopens de tijdelijke afsluiting van het bedrijf, met groote meerderheid van stemmen zoodanig gewijzigd, dat ook voor buitenstaanders de mogelijkheid werd geopend om onder bepaalde omstandigheden dispensatie te verkrijgen van het verbod om nieuwe zaken te gaan exploiteeren. Aangezien de Studie-Commissie tot taak had het Hoofdbestuur te adviseeren over de dispensatie-aanvragen, welke taak achteraf een veelomvattende is gebleken te zijn, is zij eerst in de laatste weken van het jaar met haar eigenlijke studie-taak kunnen be ginnen, zoodat zij niet tijdig gereed was met haar rapport aan het Hoofdbestuur. In verband hieunede is op Maandag, 9 December wederom een buitengewone ledenvergadering gehouden, waarin op voorstel van het Hoofdbestuur met algemeene stemmen besloten is het Bondsbesluit van 11 Februari 1935 in dier voege te wijzigen, dat de geldigheidsduur verlengd werd tot 15 Februari 1936. Reeds onmiddellijk na de installatie stond de Commissie voor de geweldige taak een onderzoek in te stellen naar de dertig plannen, (waaronder dertien voor Amsterdam) voor de stichting van nieuwe 19

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1935 | | pagina 20