copieën zouden mogen verhuren zonder de schriftelijke toestem ming van het Hoofdbestuur, het Hoofdbestuur besloot aan dit ver roek niet te voldoen omdat het op het standpunt stond, dat de filmverhuurders, die smalfilmrechten van een film voor Nederland hebben verworven, natuurlijk gerechtigd moeten zijn smalfilm- copïeën van zulk een film b.v. aan reis-bioscopen e.d. te verhuren. Strijd tegen een wild bedrijf. De strijd van den Nederlandschen Bioscoop-Bond ging ten eenen male tegen de bedreiging, dat buiten het georganiseerde bedrijf om een nieuw bedrijf zou gaan groeien. Deze strijd kwam niet slechts voort uit een zucht tot zelfbehoud, maar had zelfs een veel grootere beteekenis, dan op het eerste ge zicht wel zou schijnen. Zij beteekende niet minder dan de beveiliging en het gezond houden van het bestaande bedrijf, dat voor de Overheid een bron van inkomsten vormt, waaraan duizenden hun bestaan verdienen en dat zijn waarde juist ontleent aan zijn kracht, aan zijn gesloten heid, zijn eenheid. Zou immers het ongebonden smalfilmbedrijf, dat niet alleen nu. maar ook over vijf, ook over tien jaar nog altijd van dien aard zal zijn, dat het ook maar in de verste verte niet vermag te geven dat gene, wat het georganiseerde film- en bioscoopbedrijf sinds lang geeft en zelfs hoe langer hoe meer geeft: de goede film, de film, die beantwoordt aan al de eischen, die een verwend en dikwijls ook terzake kundig publiek daaraan zou kunnen stellen, te onzaliger tijd vasten voet krijgen in den vorm, waarin het zich thans openbaart, dan zal dit eerder dan menigeen verwacht, zijn terugslag hebben op de kwaliteit van de film zelve, aangezien de producenten, hetzij ze machtige concerns zijn, dan wel cultureele groepen of wel een lingen, op het kapitaalverslindende terrein van de film niets ver mogen tot stand te brengen, indien zij niet kunnen rekenen op een geregelde, rijk vloeiende bron van inkomsten. Internationale regeling wenschelijk Wij erkennen aanstonds, dat alles wat de smalfilm betreft, op internationaal terrein thuishoort. Niets zou ons liever geweest zijn, dan een internationale regeling, die een internationale oplossing had beteekend. Wie echter iets weet van de toestanden op internationaal filmgebied zal met ons hebben ervaren, dat iets 27

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1936 | | pagina 27