dergelijks voorloopig tot het land der vrome wenschen behoort.
Gelijk met zoovele kwesties betreffende de film het geval is ge
weest, heeft het Hoofdbestuur daarom terzake zelf het initiatief
moeten nemen. Reeds in 1935 had het een Bedrijfsbesluit
inzake Smalfilms in het leven geroepen, om de leden van den Bond,
die immers een hooge huur hebben te betalen voor de door hen te
vertoonen films, te beschermen tegen de smalfilmcopieën van deze
zelfde films.
Tot dan toe was het gebruik geweest, dat de filmproducenten
in het buitenland zich bij den verkoop van films op 35 mm breedte
de vrijheid voorbehielden om smalfilmcopieën daarvan in omloop
te brengen. Met het Bedrijfsbesluit van 17 Juni 1935 is echter een
poging gedaan om te voorkomen, dat smalfilmcopieën van films,
waarvan de leden van den Bond de vertooningsrechten hebben, in
handen van onbevoegden komen.
In aansluiting op dit Besluit heeft het Hoofdbestuur toen de ver
schillende organisaties op het gebied van film- en bioscoopbedrijf
in Europa en Amerika hiervan kennis gegeven met het verzoek
ook haar leden te willen verbieden de vertooningsrechten op het
normaalbreedteformaat van een film voor wat de vertoon ing in
Nederland betreft aan iemand over te dragen, zonder hem tegelij
kertijd diezelfde rechten op het smalbreedteformaat van de betref
fende film af te staan.
Dat het Hoofdbestuur goed gezien had, heeft het afgeloopen jaar
overduidelijk bewezen. Hierbij wenschen wij niet te spreken van
den smalfilmchaos in het buitenland. Wij hebben waarlijk wel
genoeg aan hetgeen zich op het gebied van de smalfilm tot heden
in ons land heeft afgespeeld.
Herhaaldelijk immers zijn pogingen ondernomen om smalfilm-
vertooningen te geven in café's en andere bedrijven, zelfs winkel
bedrijven, terwijl ook tal van vereenigingsgebouwen, clublokalen
etc. publieke vertooningen met smalfilm, met het oogmerk om winst
te maken, hebben gegeven.
De Omnicum-débacle.
Nog versch ligt in ons geheugen de debacle van de Omnicum-
filmmaatschappij te 's-Gravenhage, een onderneming, die zich de
productie en distributie van smalfilms in ons land ten doel had ge
steld, doch die als eenling ook al als gevolg van de zeer geringe
inkomsten, welke zij in verband met de geringe draagkracht van de
28