verhuur- en huurcontracten van films is de overdracht van een
gedeelte van het auteursrecht op de betrokken films, die uitdruk
kelijk van iedere zegelplichtigheid is uitgesloten. Na mondelinge
toelichting van het door ons verdedigde standpunt, heeft de Minis
ter van Financiën bij missive van 7 Januari 1936, No. 140, afd. ind.
bel. medegedeeld, dat de beslissingen, die door ons werden aan
gevochten en die zulk een groot ongerief dreigden te brengen,
niet zouden worden gehandhaafd.
Geen zegelrecht verschuldigd.
De Minister was nu ook tot de conclusie gekomen, dat ten aan
zien van de filmhuurcontracten wel degelijk onderscheid behoorde
te worden gemaakt tusschen de eigenlijke verhuring van het film
materiaal en de vergunning om inbreuk te maken op het auteurs
recht.
De Minister wees er daarbij op, dat ingevolge art. 51 der
Auteurswet 1912 geen zegelrecht verschuldigd was.
Achteraf heeft de Belastinginspectie toch nog gepoogd om meer
zegelrechten te heffen, voor het geval in de contracten niet was
bepaald, welke vergoeding voor het gebruik van het filmmateriaal
moest worden betaald bij prolongatie van de afgesloten films.
Wij hebben den Inspecteur der Successie en Registratie er echter
van weten te overtuigen, dat de huurprijs van een halven cent per
meter niet alleen geldend is voor het geval, dat een film minder
dan zeven dagen wordt vertoond, doch ook voor prolongaties, zoo
dat de vergoeding voor het gebruik van het filmmateriaal, ongeacht
of de film langer of korter dan een week werd vertoond, op een
halven cent per meter bleef bepaald. Hiermede was de kwestie van
het zegelen van filmhuurcontracten definitief geregeld. Slechts
moest er voor worden gezorgd, dat in de contracten in ieder geval
een maximum bedrag werd vastgelegd, voor den huur van het
reclamemateriaal, ingeval de huurprijs van dit materiaal op een
percentage van de filmhuur was gebaseerd en de filmhuur niet in
een vast bedrag was bepaald.
De Omzetbelasting.
Aanvankelijk bestond de vrees, dat de fiscus in het afgeloopen
jaar met betrekking tot de omzetbelasting dezelfde vergissing zou
begaan als waaraan zij zich bij het zegelen van de filmhuurcon
tracten had schuldig gemaakt.
52