ringswege om de vermakelijkheidsbelasting te verhoogen van 10
op 20 ondanks dat dezerzijds in een aan den gemeenteraad ge
zonden adres was uiteengezet, welke funeste gevolgen een derge
lijke verdubbeling der vermakelijkheidsbelasting voor de bioscoop
exploitatie, welke door den heer E. G. Kijlstra te Drachten wordt
gevoerd, zou hebben.
De gevolgen zijn niet uitgebleven en de moeilijkheden voor den
heer Kijlstra namen hand over hand toe, zoodat de Minister van
Binnenlandsche Zaken gevolg heeft gegeven aan het dezerzijds en
door den heer Kijlstra gedaan verzoek om toe te staan, dat te
Drachten de vermakelijkheidsbelasting weer zou worden verlaagd.
De belastingverordening der gemeente Smallingerland is nu in
dezen zin gewijzigd, dat in plaats van een percentage der recettes,
aan vermakelijkheidsbelasting geheven wordt een vast bedrag van
f5.per voorstelling, hetgeen voor den heer Kijlstra op een ver
laging dezer belasting neerkomt. In de heffing van een vast bedrag
per voorstelling ligt tevens opgesloten de erkenning, dat de verma
kelijkheidsbelasting niet door het bioscoopbezoekend publiek wordt
betaald, maar door de bioscoopexploitanten en dat de vermakelijk
heidsbelasting niet anders dan een bedrij f sbelasting is.
Moge het voorbeeld van de gemeente Smallingerland, waar thans
de vermakelijkheidsbelasting tot een dragelijk peil is teruggebracht,
spoedig door al deze gemeenten worden gevolgd.
Ook de gemeente Ubach over Worms (Limburg) had in
verband met haar wankelen financieelen toestand van Gedeputeer
de Staten de mededeeling in ontvangst te nemen, dat, indien de
Raad de vermakelijkheidsbelasting niet verhoogde tot 20 de
begrooting 1936 niet zou worden goedgekeurd en de Rijkssteun
aan de gemeente zou worden onthouden. Dus liet de Raad dezer
gemeente het zwaarst wegen, wat voor haar het zwaarst woog en
maakte zij het bioscoopbedrijf ter plaatse tot kind van de rekening.
Met acht tegen vier stemmen besloot de Raad de vermakelijk
heidsbelasting op 20 te brengen.
In Uithoorn bestond het typische systeem, dat 10.ver
makelijkheidsbelasting per voorstelling werd geheven, ongeacht de
grootte der ontvangsten. Deze last was voor het betrekkelijk kleine
bedrijf ter plaatse met geen mogelijkheid te dragen.
Na herhaalden aandrang, zoowel van de exploitanten ter plaatse
als onzerzijds, heeft de Raad de verordening in dier voege gewij
zigd, dat het tarief der vermakelijkheidsbelasting thans is bepaald
60