Reglement twee instanties, te weten de eerste instantie, waarvoor is
aangewezen de „Commissie van Geschillen" en de tweede instantie,
waarvoor is aangewezen de „Raad van Beroep". Hierbij is in aan
merking genomen, dat zoowel in de Statuten als in het Arbitrage
Reglement regelen zijn gesteld voor de benoeming en functionnee-
ring van het arbitrage-instituut van dien Bond, waarvan de Com
missie van Geschillen een deel uitmaakt.
De Commissie van Geschillen kan dus niet worden geacht een
zelfstandig instituut te zijn, hetwelk opdracht tot arbitrage kan
aanvaarden, doch is gehouden aan de door den Bond met betrek
king tot dit arbitrage-instituut als zoodanig gestelde reglementee
ring.
Aangezien uit de door een der partijen (geïntimeerde) opge
worpen exceptie viel op te maken, dat partijen, althans geïntimeer
de, bij het aangaan der overeenkomsten, welke in het geding waren
gebracht, kennelijk de bedoeling hadden (had) gehad uitsluitend de
Commissie van Geschillen voor uit deze overeenkomsten voort
vloeiende geschillen te erkennen, zonder er rekening mede te hou
den, dat deze Commissie niet los is te maken van het arbitrage
instituut, d.w.z. zoowel de Commissie van Geschillen als de Raad
van Beroep, volgde hieruit, dat ook de Commissie van Geschillen
niet bevoegd kon zijn van het onderhavig geschil kennis te nemen,
als hoedanig zij zich ook zeer zeker zou hebben verklaard, indien
zij had geweten, dat partijen, althans geïntimeerde met de betref
fende contractsbepaling kennelijk de bedoeling hadden (had)
gehad hooger beroep van de Commissie van Geschillen uit te
sluiten.
De scheidsgerechten van den Bond waren dus, gelijk gezegd,
onbevoegd om van de ingestelde vordering kennis te nemen en
moest mitsdien het vonnis van de Commissie van Geschillen als
niet gewezen en dus nietig worden beschouwd.
In één geval is tegenberoep aanhangig gemaakt, hetwelk echter
ongegrond is verklaard.
HET BONDSBUREAU
Het aantal door het Bondsbureau verzonden brieven en tele
grammen bedroeg 7438, tegen 7610 in 1936 en 7365 in 1935, ter
wijl het aantal ontvangen brieven en telegrammen 4930 bedroeg,
tegen 4758 in 1936 en 5221 in 1935. De brieven, v/elke voor de
scheidsgerechten van den Bond zijn ontvangen, zijn niet in deze
cijfers inbegrepen. Het totaal aantal gestencilde brieven, hetwelk
101