zich de practische toepassing heeft gedacht van een verlaging der vermakelijkheidsbelasting, tot het doen waarvan zij den Raad meent te moeten adviseeren; dat immers met het invoeren van een gedifferentieerde heffing schromelijk tekort wordt gedaan aan de verdeelende rechtvaardig heid, en aan den eenen tak van bedrijf een belastingprivilege wordt verleend om dezen op de been te helpen ten koste van een ander bedrijf; dat de Commissie, hoewel in beginsel voorstandster van afschaf fing der vermakelijkheidsbelasting, voorzoover zij geheven wordt van serieuze uitingen op het gebied van tooneel en muziek, reke ning houdende met hetgeen in deze tijden practisch bereikbaar te achten is, Uw College adviseert niet verder te gaan dan de belasting uitsluitend voor bedoelde uitingen van kunst terug te brengen van dat het onlogische en onbillijke van een differentiatie in de hef fing reeds aan het licht komt, wanneer men in aanmerking neemt, dat bijvoorbeeld de opvoering van Shaws schepping „Pygmalion" op grond van een versleten opvatting als publieke vermakelijkheid allerzwaarst mag worden belast, zoodra zij aan tienduizenden ge paste ontspanning, ja kunstgenot schenkt door de nieuwe uiting van kunst, welke zich voordoet in de film, doch gesubsidieerd moet worden als serieuze kunst o.m. door vermindering van de heffing der belasting op vermakelijkheden, zoodra zij voor een veel be perkter aantal personen eenige meters verder als tooneel tot uit voering wordt gebracht; dat het Bestuur vertrouwen heeft, dat Uw College in dit opzicht het advies van de Gemeentelijke Tooneelcommissie niet zal op volgen, doch alle belangrijke uitingen van kunst in de hoofdstad gelijkelijk met zijn goede zorgen zal omgeven en derhalve ook een verlaging door al deze uitingen op dezelfde wijze van toepassing zal doen zijn; dat naar de meening van het Bestuur de logische consequentie gebiedt, dat wanneer men, zooals de Commissie heeft gedaan, de vermakelijkheidsbelasting tot een van de factoren rekent, die de crisis bij het tooneel hebben doen ontstaan, aan deze belasting on verwijld een eind dient te worden gemaakt, en in ieder geval een verlaging van 20 tot 15 ontoereikend moet worden geacht om tot een saneering te geraken; dat zooals betoogd, de moeilijkheden van het film- en bioscoop bedrijf hoofdzakelijk door dezen last veroorzaakt zijn, en dat het Bestuur, hoewel overtuigd zijnde, dat slechts een radicale afschaf fing der vermakelijkheidsbelasting uitkomst in de moeilijkheden 124

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1937 | | pagina 123