Harmonie Bioscoop, Luxor Palast, Prinses Theater, Lumière Thea ter, Ooster Theater, Olympia Theater, Scala Theater, Victoria Theater, Studio '32, Thalia Theater. Zoowel wat betreft de belastingen als de tarieven der gemeente bedrijven bleef het afdeelingsbestuur in het afgeloopen jaar steeds zorgzaam. Gezien echter den slechten financieelen toestand van de gemeente Rotterdam en de zeer hooge bedragen, die deze gemeente voor den Werkloosheidsdienst nog steeds noodig heeft, is het het Afdeelings bestuur wel zeer moeilijk gemaakt hier gunstige resultaten te ver krijgen. Met de Directie van het G.E.B, zijn onderhandelingen gaande betreffende de instelling van een week-end tarief. Aan het einde van het vereenigingsjaar zijn hierover echter nog geen definitieve resultaten bereikt. De samenwerking tusschen de Plaatselijke Commissie op de naleving van de voorschriften der Bioscoopwet en de autoriteiten voor de plaatselijke voorschriften voor de openbare veiligheid stemde tot tevredenheid. In het begin van 1937 werden door de toezichthoudende ambtenaren verschillende overtredingen gecon stateerd. Het Afdeelingsbestuur richtte zich onmiddellijk tot de leden en wees hen op den ernst van dergelijke overtredingen. Tevens stelde het Bestuur zich in verbinding met den contro leerenden ambtenaar en zoo mocht het ons gelukken spoedig een einde te maken aan een serie overtredingen van de Bioscoopwet. Ook de samenwerking met de brandweer-autoriteiten was weder om tot beider tevredenheid. Een zeer belangrijke stap in het Bondsleven was wel de goed keuring door de algemeene ledenvergadering van den Bond in 1937 van het minimum prijzen-reglement. De afdeeling Rotterdam, die reeds jaren geleden bij onderlinge overeenkomst een minimum prijzen-reglement had gehad, betuigde natuurlijk hare instemming met dit reglement. Als bijzonderheid wil ik u echter wel mede- deelen, dat gedurende de twee jaar, dat geen overeenkomst te Rotterdam bestond, de minimum-prijzen destijds bij het oude regle ment vastgesteld, ondanks de opheffing van dit reglement vrijwel algemeen gehandhaafd werden, hetgeen dus wel aantoont, dat onze leden te Rotterdam zich ook zonder schriftelijke overeenkomsten tegen verderfelijke prijsverlagingen wisten te behoeden. !28

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1937 | | pagina 127