gen aan banden kunnen leggen, doordat het Overgangsbesluit aan het Hoofdbestuur de controle gaf van het overnemen van zaken. Hierdoor was het Hoofdbestuur in de gelegenheid te voorkomen, dat bestaande zaken, die reeds geruimen tijd niet meer actief waren opgetreden, zouden worden overgenomen. Dit was vooral van groot belang met het oog op de vestiging hier te lande van diverse buitenlanders. Ongetwijfeld heeft het Hoofdbestuur op deze wijze een ongewenschte uitbreiding van den filmimport kunnen verhin deren. Zelfs geeft het afgeloopen jaar een kleine vermindering van het aantal geïmporteerde groote speelfilms te zien. Bedroeg dit aantal over 1936, 573, thans is dit aantal tot 529 ingekrompen, derhalve een vermindering van bijna 8 Voor wat de groote geluidsfilms betreft, welke dit jaar zijn geïm porteerd, is de verdeeling in procenten uitgedrukt voor de ver schillende landen als volgt: Amerika: 62.5% (1936: 54.9%). Duitschland: 15 (1936: 15.9 Engeland: 6.2 (1936: 6 Frankrijk 9% (1936: 9.3%). Hongarije: 0.2% (1936: 0.8%). Oostenrijk: 2.2% (1936: 4%). Rusland: 0.2$ (1936: 1.7%). Tchecho-Slowakije: 1% (1936: 1.3%). Overige landen: 1.4% (1936: 2.7%). NEDERLANDSCHE FILMINDUSTRIE Vielen er voor ingewijden aan het eind van het vorig jaar verslag teekenen te bespeuren, die een opleving mochten doen verwachten in de Nederlandsche filmindustrie, het afgeloopen ver slagjaar heeft in deze verwachting wel zeer teleurgesteld. Ht is heel jammer, dat de activiteit, welke aan het eind van het vorig en aan het begin van dit jaar achter de schermen van de Nederlandsche speelfilmindustrie viel waar te nemen, niet tot een productie heeft geleid. In het geheel is er slechts één groote speelfilm tot stand gekomen, n.1. de Filmex/Cinetone productie „Pygmalion". Zooals bekend waren de waardeering voor en het succes van deze film groot en algemeen. Dit buitengewoon succes heeft echter niet een opnieuw produ- ceeren van een aantal Nederlandsche films tot gevolg gehad, al moet hier onmiddellijk aan worden toegevoegd, dat het aan plannen en pogingen niet heeft ontbroken. 36

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1937 | | pagina 36