^J bestond, evenals andere jaren van de zijde der leden groote be langstelling. In deze vergadering is overeenkomstig art. 25 der Statuten schriftelijk verslag uitgebracht over de werkzaamheden in 1936 en door den Penningmeester rekening en verantwoording afgelegd over het financieel beheer gedurende dat jaar. Het jaarverslag werd onder dankzegging voor kennisgeving aangenomen, de rekening en verantwoording, welke in ontvangsten en uitgaven sloot met een bedrag van 64.477.35, werd goedge keurd, evenals de rekeningen der afdeelingen. Besloten werd het batig saldo over 1936 ad 1218.67 over te schrijven op de nieuwe rekening 1937. alsmede om het nog inzake de z.g. Winterhulp in 1936 ontvangen bedrag ter beschikking te stellen van de Stichting Bio-Vacantieoord. Overeenkomstig het voorstel van het Hoofdbestuur besloot de vergadering de contributie voor 1937 op dezelfde grondslagen vast te stellen als het vorig jaar en wel in zeven klassen, echter met dien verstande, dat met het oog op het aan het Prinselijk Paar aan te bieden huwelijksgeschenk van het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf, de Bondscontributie met 10 werd verhoogd. De bijdrage voor de weerstandskas werd ook thans bepaald op 20 c/c van den contributieaanslag. De begrooting voor 1937, sluitende in ontvangsten en uitgaven met een bedrag van 69.700.werd met algemeene stemmen goedgekeurd. Zonder hoofdelijke stemming werden de heeren D. Hamburger Jr., D. v. d. Berg en C. S. Roem als Hoofdbestuurslid herkozen, terwijl in de vacature S. Zondervan werd voorzien door verkiezing van den heer Joh. Miedema, directeur van de N.V. Algemeene Bioscooponderneming te Deventer. De vergadering besloot bij acclamatie den heer S. Zondervan te Leeuwarden tot Eere-lid van den Bond te benoemen. Overeenkomstig artikel 8 van het Filmbeursreglement werden de heeren R. Minden te Amsterdam, en P. van Twisk te Den Helder, die periodiek aftredend waren, tot leden der Filmbeurs commissie herbenoemd. Op voorstel van het Hoofdbestuur werden eenige ondernemin gen van het lidmaatschap vervallen verklaard. Besloten werd nog een arbitrage-overeenkomst aan te gaan tusschen den Bond en de Vereeniging van Bioscoopreclame-Ex ploitanten, van welke overeenkomst elders in dit verslag nader melding wordt gemaakt. 17

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1937 | | pagina 77