tusschen leden van beide organisaties in den vervolge ter beslech
ting zullen worden voorgelegd aan de gemengde scheidsgerechten,
die door de bestuurscolleges van beide organisaties worden be
noemd. Tot leden van de Gemengde Commissie van Geschillen
werden benoemd: de heeren J. Smit, Voorzitter; J. C. A. Meischke.
plaatsvervangend Voorzitter; A. van Santen en A. C. van Dam,
leden; C. van Willigen en C. N. Meyer, plaatsvervangende leden,
terwijl tot leden van den Raad van Beroep werden aangewezen
de heeren W. Mullens, Voorzitter; Ed. Cohen Barnstijn, plaats
vervangend Voorzitter; }oh. Miedema, S. Zondervan, P. C. D.
v. d. Bergh en C. Calff, leden; C. H. de Lange, W. P. Peters,
L. M. v. Swieten-de Blom en Jac. Duits, plaatsvervangende leden.
Deze nieuwe arbitrage-colleges zullen hun werkzaamheden eerst
in het jaar 1939 aanvangen.
HET BONDSBUREAU
De voorgaande bladzijden mogen den lezer de overtuiging hebben
gegeven, dat de werkzaamheden van het Bondbureau omvangrijk
en geenszins eenvoudig zijn geweest. De correspondentie, het notu-
leeren van zittingen en vergaderingen, de vervulling van secretaria
ten van commissies, de samenstelling van rapporten, adviezen en
uitspraken en een uitgebreide administratie vergen een voortdurende
studie, een groote activiteit en accuratesse van den Directeur en
zijn medewerkers. Het feit, dat nimmer een klacht van beteekenis
over de werkzaamheden van het Bondbureau werd vernomen, geldt
voor de onderscheidene functionarissen van dit Bureau als een be
wijs, dat het werk van het Bondsbureau wordt verricht tot aller
tevredenheid.
Zij hierbij vermeld, dat de Bondsdirecteur zeer veel tijd had te
besteden aan onderscheidene besprekingen, welker aantal voortdu
rend toeneemt in verband met verschillende kwesties en o.a. ook als
gevolg van het Overgangsbesluit. welks uitvoering en toezicht in
handen van het Hoofdbestuur zijn gelegd. Ook waren diverse rege
lingen, zooals die met betrekking tot de filmreportage bij gelegenheid
van nationale gebeurtenissen, wederom aan de zorgen van het
Bondsbureau toevertrouwd.
Het aantal door het Bondsbureau verzonden brieven en telegram
men bedroeg 7.370 (tegen 7.438 in 1937), terwijl het aantal ontvan
gen brieven en telegrammen 4.857 bedroeg (tegen 4.930 in 1937).
111