12. dat de gedaagde het recht tot vertooning in haar theaters te Amersfoort van den film „Fire over England" heeft verwor ven van de „Loet C. Barnstijn's Film Distributie NV" te ™™ha9e Welke het recht tot vertooning der film voor geheel Nederland heeft verworven van de United Artists te London, welke dat recht voor Europa heeft verworven van den maker van dien film, den producer; 13. dat het auteursrecht ter zake van die film moet worden be oordeeld naar Nederlandsch recht; H' l3Lde ,™uziek van die film door den componist Richard Addmsell is vervaardigd in dienst van den producer van die film (art. 7 der Auteurswet 19.12); 15. dat althans die geluidsfilm, t.w. het beeld, de handeling, het gesproken woord de muziek, de mise- en- scène, de architec tuur, de decors, enz., die tezamen één enkel 'kunstwerk uit maken, in één geheel en onafscheidelijk, is tot stand gebracht naar het ontwerp van den producer en onder diens leiding en toezicht, althans onder de leiding en het toezicht van daartoe door den producer aangestelden (art. 6 der Auteurs wet 1912); 16. dat een geluidsfilm niet is een verzamelwerk in den zin van art. 5 der Auteurswet 1912, maar, al ware zulks wel het ge val, ingevolge dat artikel aan den producer het zelfstandiq en eigen recht toekomt tot vertooning in het openbaar van den geluidsfilm dus met inbegrip van het bij en door die ver tooning gelijktijdig ten gehoore brengen van de muziek zonder dat daarvoor de toestemming van den maker van eenig deel van de film (de beelden, de gesproken woorden, de muziek, de architectuur, de mise-en-scène, de decors, enz.) noodig is, mits de producer, als maker van het verzamelwerk op rechtmatige wijze dit verzamelwerk tot stand heeft ge bracht, zonder daarbij inbreuk te hebben gemaakt op 'de auteursrechten van de makers der afzonderlijke werken of een of meer hunner rechtverkrijgenden; 17. dat van eenige onrechtmatigheid te dezen aanzien bij de tot stand koming van de litigieuze geluidsfilm, voor wat betreft den componist Richard Addinsell, geen sprake kan zijn, om dat deze componist uit eigen vrijen wil heeft medegewerkt aan het componeeren en inbrengen van de muziek in deze film zonder dat daarbij eenige inbreuk is gemaakt door den pro ducer op het auteursrecht van de muziek ervan, en ook niet kon worden gemaakt, omdat naar Nederlandsch recht auteurs recht eerst bestaat (en voor overdracht vatbaar is), nadat het Kunstwerk is tot stand gekomen, dus wat de muziek be treft nadat deze was gecomponeerd; 134

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1938 | | pagina 133