edactioneele wijzigingen van overigens ondergeschikte beteekenis aan te brengen. Aan dit verzoek werd door het Hoofdbestuur met spoed voldaan, roodat de gevraagde wijzigingen reeds op 21 Januari d.a.v. aan den Minister konden worden toegezonden met het verzoek, de Koninklijke Goedkeuring thans te willen bespoedigen. Principieele bezwaren waren er niet, zoodat het afkomen dezer goedkeuring binnen niet te langen tijd mocht worden verwacht. Er verliepen echter maanden, zonder dat taal of teeken van het Departement werd vernomen. Intusschen moesten wij vernemen, dat iemand, die geacht moest worden bij het bedrijf nagenoeg geen belangen te hebben en trouwens in de ledenvergadering van 12 De cember wegens verlies van de vereischten voor het lidmaatschap .an dit lidmaatschap vervallen werd verklaard, bij het Departement mondeling eenige bezwaren tegen de Statuten kenbaar had gemaakt. Deze persoon kreeg vervolgens gelegenheid zijn bezwaren schrif telijk in te dienen, hetgeen hij deed drie maanden na zijn monde linge uiteenzetting ten Departemente; einde Mei eerst werd het Hoofdbestuur van een en ander in kennis gesteld. De bekende procedure, welke bij overlegging van Statuten wordt gevolgd, trad alsdan opnieuw in werking, waarbij op verzoek van den heer Hoofdcommissaris van Politie te Amsterdam door het Hoofdbestuur aan dezen functionaris een uitvoerig verweer tegen de overigens ongegronde bezwaren van den opponent in kwestie werd ingediend. Het Hoofdbestuur heeft niet nagelaten er daarbij zijn verwon dering over uit te spreken, dat hier aandacht werd geschonken aan de oppositie van iemand, die niet geacht kon worden een bedrijf jit te oefenen, waardoor hij terzake eenig belang kon doen gelden en die zelfs niet had deelgenomen aan de Buitengewone Leden vergadering van den Bond, waarin de Statutenwijziging was be handeld, noch aan het Hoofdbestuur of aan de Ledenvergadering van zijn bezwaren had doen blijken. Met nadruk werd dezerzijds onder de aandacht van de autori teiten gebracht, dat de instelling van een Ledenraad, waartegen zich de bezwaren van den opponent in hoofdzaak richtten, voor den Bond van eminent belang was, omdat daardoor het noodzakelijk evenwicht tusschen de bedrijfsgroepen, welke in den Bond ver- eenigd zijn, bestendigd wordt, met behoud van de waarborgen van rechtszekerheid van iedere groep afzonderlijk. Bij deze gelegenheid, dit was op 28 Juni 1938, werd opnieuw onder de aandacht der 13

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1938 | | pagina 14