HET TELEVISIEVRAAGSTUK De werkzaamheid van de Bonds-Televisie-Commissie heeft reeds verschillende resultaten afgeworpen, zij het, dat deze aangezien in ons land geen televisie-uitzendingen plaats vinden uiteraard slechts van internen aard konden zijn. Zoo was het Hoofdbestuur over de verschillende zijden van het vraagstuk uitstekend ingelicht en kon het, toen de Rijks-Televisie- Commissie contact zocht met den Bond, een welomlijnd standpunt innemen met betrekking tot een eventueele exploitatie van televisie uitzendingen. Bedoeld contact is aan het begin van dit jaar voortgezet. Om streeks dien tijd was namelijk van de zijde van de Regeerings- Televisie-Commissie een ontwerp-regeling verschenen voor de ver zorging van experimenteele televisie-uitzendingen in ons land. Een regeling, welke, volgens de opvatting der Commissie, genoegzaam waarborgen bood, dat de vrijheid van beslissing over de toekom stige organisatie van de televisie in geen enkel opzicht aan banden werd gelegd. Alvorens deze ontwerp-regeling publiek werd gemaakt, noodig- de de Regeerings-Commissie vertegenwoordigers van het Hoofd bestuur en van de Bonds-Televisie-Commissie uit tot een vergade ring, welke op Donderdag, 17 Februari, in het gebouw van de P.T.T. te 's-Gravenhage onder voorzitterschap van den heer Mr. J. Terpstra gehouden is. Deze vergadering droeg uiteraard een vertrouwelijk karakter, zoodat daarover geen nadere mededeelingen kunnen worden gedaan. Wel moge hier worden gereleveerd, dat Hoofdbestuur en Bonds- Televisie-Commissie tegen de voorgestelde ontwerp-regeling ern stig bezwaar hadden, omdat naar de meening dezer Colleges daar in niet ten volle rekening was gehouden met de belangen van het film- en bioscoopbedrijf. Het kwam ons onbegrijpelijk voor, dat de Rijks-Commissie, die wel voortdurend de verzekering gaf met de belangen van het film en bioscoopbedrijf rekening te zullen houden, dit bedrijf, althans de organisatie daarvan bij de voorbereiding en de uitvoering van de experimenteele toepassing geheel passeerde, terwijl dit bedrijf daar bij toch evenzeer geïnteresseerd was, als bijvoorbeeld de omroep- vereenigingen. Weliswaar was een mogelijkheid geschapen, dat belanghebben- 43

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1938 | | pagina 44