Gedeputeerde Staten van Noord-Holland stelden aan het Ge
meentebestuur van Aalsmeer den eiscli, vóór 15 Juni 1938 de
vermakelijkheidsbelasting, overeenkomstig de verlangens van de.".
Minister, van 10- tot gemiddeld 20 te verhoogen. De rijkssteun
voer het dienstjaar 1938 was hiervan door den Minister van Bin-
nenlandsche Zaken afhankelijk gesteld.
Hoewel van verschillende zijden uit den raad tegen deze ver
hooging bezwaar werd gemaakt en de Wethouder terecht kon
zeggen, dat het College van B, en W. het verzet tegen deze ver
hooging tot hét uiterste had gevoerd, moesten B. en W. hun voor
stel handhaven. Dit werd met negen tegen drie stemmen aange
nomen.
Wat deze belastingverhooging met liefst 100 °/o voor het bedrijf
in Aalsmeer beteekent, moge hieruit blijken, dat het Hoofdbesturi
zich indertijd bij zijn toestemming tot de stichting van een tweede
bioscoop in Aalsmeer onder meer had laten leiden door de om
standigheid, dat de vermakelijkheidsbelasting aldaar 10 bedroeg.
Het Hoofbestuur heeft zich ter zake nog tot den Minister van
Binnenlandsche Zaken gewend, doch zonder succes.
In Castricum bestaat nog altijd de kwestie van de dubbele
belastingheffing. Hier wordt namelijk niet, zooals in andere ge
meenten, !/6 van de bruto-ontvangsten geheven, maar J/5, zooda:
ook van het betaald belastingbedrag belasting wordt geheven. In
het vorig jaarverslag hebben wij hierover uitvoerig mededeeling
gedaan.
Na vele strubbelingen met het College van B. en W. heeft het
Hoofdbestuur zich met een adres tot den raad gewend, waarop
B. en W. prae-adviseerden de verordening op de vermakelijkheids
belasting ongewijzigd te handhaven.
In den raad hebben B. en W. over hun recalcitrante houding
ten opzichte van het Hoofdbestuur van den Bond harde noten te
kraken gekregen. Men betreurde het algemeen, dat het bedrijf ter
plaatse door een onredelijke belastingheffing met ondergang zou
worden bedreigd. Het voorstel is aanvankelijk aangehouden met de
toezegging, dat te gelegener tijd een nieuw voorstel bij den Raad
zou worden ingediend, maar tot nu toe is het resultaat negatief
geweest.
Ook in Heerenveen is nog getracht om voor de bioscoop.
die door de vermakelijkheidsbelasting in moeilijkheden dreigde te
komen, eenige verlichting te verkrijgen.
72