zijner organisatie in een aantal artikelen van deskundige hand zijn uiteengezet. Zijne Excellentie, de Minister van Binnenlandsche Zaken, de heer H. van Boeyen, wenschte in een inleidend artikel den Bond geluk en uitte zijn erkentelijkheid over de goede har monie, waarin de Bond samenwerkt met de Overheid. Voorts waren er bijdragen van den heer D. van Staveren, van den inmid dels overleden Professor H. W. C. Bordewijk, hoogleeraar in de statistiek en staathuishoudkunde aan de universiteit te Groningen, die een gefundeerd essay schreef over de verhouding tusschen bioscoopbedrijf en fiscus, van Dr. L. G. Kortenhorst, Secretaris van de R. K. Werkgeversvereniging en lid van de Tweede Kamer en van tal van anderen. A! met al mag op de wijze, waarop het twintig-jarig bestaan is herdacht, met de grootste voldoening worden teruggezien, niet in het minst door de herdenkingscommissie en inzonderheid haren Voorzitter, den heer W. Mullens, wien hier voor hun succesvoller arbeid een woord van hulde worde gebracht. Een zware taak Een ander organisatorisch hoogtepunt in het afgeloopen jaar vormde de goedkeuring van de Statuten op 14 October, nadat deze reeds bij besluit van de Algemeene Ledenvergadering van 2 Augustus 1937 gewijzigd waren. Het langdurig uitblijven van de gevraagde goedkeuring veroor zaakte een zekeren stilstand in den wetgevenden arbeid van den Bond, een stilstand, welke aan het eind van het jaar moest plaats maken voor een intense organisatorische bedrijvigheid, mede met het oog op de noodzakelijk geworden verkiezingen in de afdeelin- gen en de samenstelling van den Ledenraad, welke nog voor het eind van het jaar haar beslag kreeg; de plechtige installatie van den Raad had echter eerst in het begin van Januari 1939 plaats. Wie mocht denken, dat de stagnatie, ontstaan door de late goed keuring der Statuten, een tijdelijke verlichting van arbeid voor het Hoofdbestuur zou hebben medegebracht, vergist zich. Wellicht meer nog dan andere jaren is de taak, welke het Hoofd bestuur in het belang van de leden te verzetten heeft gehad, zwaar en verantwoordelijk geweest. Ontzaglijk veel arbeid moest worden verricht met het oog op de uitvoering van de verschillende bedrijfsbesluiten, het onderzoek en het verhoor van de leden in verband met aangelegenheden van 6

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1938 | | pagina 7