BIJLAGE A
VERKORTING EENER FILM BRENGT
VERANDERING IN HAAR SAMEN
STELLING MET ZICH, EN EEN FILM
VERTOONEN IN EEN ANDERE SA
MENSTELLING DAN WAARIN ZIJ
DOOR DE CENTRALE COMMISSIE
VOOR DE KEURING VAN FILMS IS
TOEGELATEN, IS STRAFBAAR VOL
GENS ARTIKEL 42 VAN HET BIO-
SCOOPBESLUIT.
DE HOOGE RAAD DER NEDERLANDEN,
Op het beroep van den OFFICIER VAN JUSTITIE BIJ DE
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE ROTTERDAM,
requirant van cassatie tegen een vonnis van deze Rechtbank van
den 21 Februari 1939, in hooger beroep bevestigende een schrif
telijk vonnnis van het Kantongerecht te Rotterdam van 15 Novem
ber 1938, waarbij Andries de Jong, geboren te Amsterdam op 18
October 1891, directeur eener naamlooze vennootschap, wonende
te Rotterdam, ter zake van het te zijnen aanzien bewezen verklaar
de van alle rechtsvervolging is ontslagen;
Gehoord het verslag van den Raadsheer Hijink;
Gezien de insinuatie, namens den Procureur-Generaal aan den
gerequireerde beteekend, ter kennisgeving van den dag, voor de
behandeling dezer zaak bepaald;
Gelet op de door den requirant ingediende schriftuur, inhoudende
het volgende middel van cassatie:
dat gerequireerde tot straf veroordeeld had behooren te worden,
wijl hij, eenige honderden meters uit de film, getiteld „Op jacht naar
carrière", zooals zij was goedgekeurd door de Centrale Commissie
weglatende, het restant dier film heeft doen vertoonen;
dat door het verwijderen van een aantal beelden uit een goed
gekeurde film, die film een andere samenstelling krijgt;
dat requirant daarom van oordeel is, dat de Rechtbank door
het vonnis des Kantonrechters te bevestigen, de artikelen 24 der
109
