het opsporen van hare bedoelingen de zelfstandige taak des
Rechters is;
Overwegende, dat mitsdien slechts datgene, wat deze deskun
digen mededeelen omtrent hetgeen, naar in Engeland bestaand
gebruik, onder „little performing right fees" is te verstaan, grond
slag vermag te zijn voor de thans te nemen beslissing;
Overwegende, dat de meerderheid der deskundigen dienaan
gaande mededeelt in het rapport, dat het een welbekend en sedert
lang gevestigd gebruik in Engeland is, dat alle bioscopen een ver
gunning verkrijgen van de Performing Right Society voor de open
bare uitvoering van muziek in bioscopen op welke wijze ook. Dat
wil zeggen, onverschillig of zulks geschiedt door een geluidsfilm
band (waarvan in dit geding sprake is), gramofoonplaten of leven
de artisten; de terzake van zoodanige uitvoeringen verschuldigde
rechten worden door de bioscoop-exploitanten voldaan aan de
Performing Right Society, en door laatstgenoemde onder hare
leden verdeeld volgens een reeds lang bestaand systeem;
dat het vaste gewoonte is in het filmbedrijf in Engeland, dat
wat er moge zijn van aard en omvang der rechten op de film
muziek, die verkregen worden door de filmmaatschappijen krach
tens de contracten met hun componisten deze laatste vrijgelaten
worden om aanspraak te maken op een aandeel in de vergoedingen,
welke de bioscoop-exploitanten verschuldigd worden ter zake van
de hun verleende auteursrechtvergunningen; aan deze vergoedingen
hebben de filmmaatschappen part noch deel;
dat deze laatste vergoedingen, welke, gelijk gezegd, door de
Performing Right Society worden geïnd, in Engeland gewoonlijk
worden genoemd „little performing rights";
Overwegende dat, in het licht van bovenstaande mededeelingen
der deskundigen bezien, de clausule in de overeenkomst van par
tijen, waarbij Addinsell zich reserveerde het recht ,,to collect the
little performing right fees", zich kennelijk geheel aansluit aan de
sedert vele jaren bestaande practijk in Engeland, waarbij de com
ponisten steeds vrij gelaten worden door de filmmaatschappijen
om door middel van de daartoe aangewezen organisatie aan
spraak te maken op de vergoedingen, bekend als de „little per
forming rights";
Overwegende, dat de Rechtbank, het gevoelen dezer deskundigen
omtrent dit in Engeland bestaande gebruik overnemende en tot het
hare makende, en thans overgaande tot den uitleg der overeen
komst van partijen op dit punt en het opsporen harer bedoeling,
dan ook in deze overeenkomst niet anders leest dan een zich aan
sluiten van partijen aan dit in Engeland heerschende gebruik;
115