Hoofdbestuur overleg te plegen. Dit gold natuurlijk hoofdzakelijk
de exploitatie van in omloop zijnd materiaal.
In de plaats van het zenden eener vage circulaire, welke allerlei
tegenstrijdige beslissingen van burgemeesters ten gevolge moest
hebben, zou het heel wat eenvoudiger zijn geweest, indien de
Regeering, door de medewerking van het Hoofdbestuur in te roepen,
bevorderd had, dat films, waartegen bezwaren waren gerezen, op
een voor het bedrijf minst schadelijke wijze uit de roulatie zouden
worden genomen. De vorenvermelde maatregel heeft een uitvoerige
correspondentie tusschen het Hoofdbestuur en het betrokken Depar
tement ten gevolge gehad, met het resultaat, dat achteraf toch nog
het overleg is gepleegd, dat wij van tevoren hadden gewenscht.
Na ampele besprekingen heeft het Hoofdbestuur zich ten slotte
bereid verklaard om te bevorderen, dat films, die vóór 1 September
1939 door de Centrale Commissie zijn toegelaten en tegen ver
tooning waarvan in verband met den sindsdien ingetreden inter
nationalen toestand door den Voorzitter der Commissie ernstig
bezwaar werd gemaakt, uit de circulatie zouden worden genomen
en, indien het Hoofdbestuur dit mocht verlangen, aan een nieuwe
beoordeeling door de Centrale Commissie zouden worden onder
worpen.
Deze regeling maakte voor het geheele land op afdoende
wijze een einde aan de vorengeschetste moeilijkheden. Ingevolge
deze regeling werden o.a. de films ,,De Maginotlinie" en „Moderne
strijdkrachten in actie" voorloopig uit de roulatie genomen en werd
tevens overeengekomen, dat, indien een nieuwe beoordeeling zou
plaats vinden, daaraan voor de betrokkenen geen kosten in den
vorm van keuringsrechten verbonden zouden zijn. De Minister
had het Hoofdbestuur inmiddels doen weten, dat hij met dit College
van oordeel was, dat door deze bereidverklaring zijn Kabinets-
schrijven van 2 September practische beteekenis had verloren.
Zijne Excellentie heeft zich daarop met een nieuw Kabinets-
schrijven tot de burgemeesters gewend, waardoor het eerste practisch
buiten werking werd gesteld.
De schade, welke uit de genomen maatregelen was ontstaan voor
het lid-filmverhuurder, dat de films in kwestie in roulatie had
gebracht, is door den Bond aan dit lid vergoed, nadat tevoren een
regeling was getroffen.
Maatregelen inzake oorlogsjournaals
Veel meer dan met vo /engenoemden maatregel het geval was,
64
