waarbij aan een der leden de straf van boete tot een bedrag van 2500.— was opgelegd ter zake van de publicatie van een ad vertentie, welke afbreuk deed aan de algemeene belangen en de waardigheid van het bedrijf. In overeenstemming met desbetreffende besluiten van alle provinciale en plaatselijke afdeelingen van exploitanten, werd de door het Hoofdbestuur gevolgde gedragslijn met betrekking tot de actie der Amerikaansche filmproductiemaatschappijen zonder voorbehoud goedgekeurd en een verbod aan de leden van den Bond uitgevaardigd om direct of indirect zaken te doen met de bedoelde Amerikaansche maatschappijen. De vergadering van den Ledenraad van 29 October 1946 was ook al weer grootendeels gewijd aan de behandeling in hooger beroep van aanvragen tot het verkrijgen van toestemming voor de exploitatie van bioscopen. Bovendien v/erd op voorstel van het Hoofdbestuur besloten een wijziging te brengen in het Reglement der Bedrijfsafdeeling Filmverhuurders, ten einde de benoemingsduur van de door deze Afdeeling benoemde leden van den Ledenraad gelijk te maken aan die van de leden, welke door de provinciale en plaatselijke afdeelingen van exploitanten zijn afgevaardigd. 109

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1945 | | pagina 113