A TECHNISCHE VRAAGSTUKKEN LS uitvloeisel van een reeds vóór de Be vrijding door de heeren O. P. Besseling, J. G. J. Bosman en W. F. Dubbeldeman samen gesteld rapport in zake het treffen van voor loop ige voorzieningen op bioscoop-technisch ge bied na den oorlog, werd op 12 Juni 1945 een Technische Commissie door het Hoofdbestuur in het leven geroepen. Tot leden der Commissie werden be noemd: de heren R. Uges Jr., Voorzitter; W. F. Dubbeldeman, Vice-VoorzitterO. P. Besseling en Ir. E. F. W. Trijssenaar, leden, terwijl als Secretaris werd toegevoegd de heer H. W. Hagenberg. In zijn installatierede stelde de waarnemende Bondsvoorzitter, de heer Joh. Miedema, de Technische Commissie tot eerste taak voorzieningen te treffen in de groote technische behoeften, waarmede het bedrijf in die dagen te kampen had en voorts leiding en voorlichting te geven bij den wederopbouw en tech nische vervolmaking van het Nederlandsche bioscooppark. Dit was voorwaar geen gemakkelijke taak. De zeer geringe hoeveelheid bioscooptechnisch materiaal, welke beschikbaar was, moest zoodanig verdeeld worden, dat daarmede in de eerste plaats de meest gehavende installaties zoo spoedig moge lijk wederom bruikbaar gemaakt konden worden, terwijl daar nevens voorkomen diende te worden, dat bioscopen wegens ge brek aan onderdeelen of andere voor het geven van filmvoor stellingen benoodigde materialen, niet in bedrijf gesteld zouden kunnen worden. Ten einde een indruk te krijgen van de behoefte, welke er aan de verschillende artikelen bestond, werd begonnen dienaangaan de een enquête onder de leden in te stellen, terwijl hun tevens werd verzocht in hun bezit zijnde overcomplete onderdeelen, materialen e.d. aan de Technische Commissie ter beschikking te stellen, opdat daarmede andere leden zouden kunnen worden geholpen. Door vele leden werd aan dit verzoek onmiddellijk gevolg gegeven. Er werd een distributiesysteem in het leven geroepen en om 59

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1945 | | pagina 63