ging van een invoervergunning voor bioscooptechnische appara
ten, onderdeelen, uitrustingsstukken voor filmstudio's, zooals
opnamecamera's, schijnwerpers e. d., machinerieën voor film-
laboratoria, zooals titel-, afdruk- en verkleinmachines e. d. en
niet te vergeten koolspitsen, voorzien van het gunstig advies
der Commissie, doorgezonden. Deze aanvragen hadden in totaal
betrekking op een bedrag van 573.756.waarvan
ƒ342.873.— op Dollars, ƒ75.348.— op Engelsche Ponden,
112.523.op Pransche Francs en 43.012.— op andere
valuta's, zooals Belgische Francs, Zweedsche Kronen, en Zwit-
sersche Francs.
Ook aan de koolspitsenvoorziening in het afgeloopen jaar
dient in het bestek van dit verslag eenige aandacht te worden
besteed. Doordat in het begin van het jaar wegens deviezen-
gebrek eenige invoervergunningen voor koolspitsen werden ge
weigerd, waren in Juli de voorraden vrijwel uitgeput en dreigde
er, daar ook het meerendeel der exploitanten niet meer over
voorraad beschikte, een catastrophale toestand te ontstaan.
Het gevaar, dat, indien niet spoedig koolspitsen zouden worden
ingevoerd, verscheidene bioscopen binnen afzienbaren tijd hun
deuren zouden moeten sluiten, was niet denkbeeldig. Dit moest
tot iederen prijs voorkomen worden. Er waren op grond van de
algemeene toewijzing wel deviezen beschikbaar, doch bij een
onderhoud met functionarissen van het Rijksbureau voor Meta
len, welk Bureau uiteindelijk de noodige invoervergunningen
zou moeten verleenen, bleek, dat men van meening was, dat de
aangevraagde hoeveelheden belangrijk hooger waren dan strikt
noodzakelijk zou zijn. Men vreesde hierdoor verspilling van de
zoo kostbare deviezen. Er werd derhalve door den vertegen
woordiger van de Technische Commissie toegezegd op zeer
korten termijn nauwkeurige gegevens te zullen verstrekken
omtrent het koolspitsenverbruik per jaar, gespecificeerd in
soorten en maten.
Ter verkrijging van deze gegevens werd een enquête onder de
leden ingesteld, als resultaat waarvan bleek, dat de schattingen
der Technische Commissie vrijwel juist waren. Tevens bleek,
dat een ontstellend groot aantal verschillende maten koolspit
sen door het bedrijf werd gebruikt. Daar het importeeren van
al deze maten, waarvan velen slechts in zeer geringe hoeveel
heden, deviezenverlies zou veroorzaken, werd besloten een
zekere normalisatie toe te passen en slechts een tiental soorten
en maten koolspitsen in te voeren. Zij, die tot dusverre om be
paalde redenen met abnormale maten hadden gewerkt, zouden
66