bied uitstekend werk verricht. De voornaamste actie was die
voor het Landelijk Bureau van de Stichting Nederlands Volks
herstel. Niet minder dan 195 bioscopen hebben de film „Vrij en
Onverveerd" vertoond en van de volledige netto-opbrengst daar
van, bedragende 260.000.werd 210.000.aan Volksher
stel afgestaan en 50.000.aan de Stichting 19401945.
Propagandafilmpjes zijn vertoond voor de H.A.R.K., voor de
Hulpactie Scheldemonden, voor het Prins Bernhard-Fonds, voor
de tentoonstelling „Weerbare Democratie", voor het Neder-
landsch Oorlogsgravencomité en voor de actie „Nederland helpt
Indië".
Herhaaldelijk werd er op de leden door talrijke organisaties
een beroep gedaan om in de bioscopen te mogen collecteeren.
Het was onmogelijk om aan al deze aanvragen te voldoen. Daar
om heeft het Hoofdbestuur besloten te adviseeren om behalve
aan de collectes van de Stichting „Bio-Vacantieoord" alleen
steun te verleenen aan een eenmaal per jaar te houden collecte
voor het Nederlandsche Roode Kruis, welke nationale instelling
zoowel in oorlogs- als in vredestijd voor burgers en militairen
zooveel prachtig werk verricht. De actie voor het Roode Kruis
bracht alleen aan bijdragen der Bondsleden een bedrag" van
71.235,63 op, terwijl de collecte in de bioscopen eveneens een
aanzienlijke som opleverde.
De stichting van het Nederlandsche film- en bioscoopbedrijf,
het Bio-Vacantieoord, welke door den bezetter was uitgescha
keld, stond na de bevrijding tijdelijk onder bewindvoering. De
bewindvoerder stelde de heeren W. K. G. van Royen en R. Uges
Jr. aan als sub-beheerders. Ondanks alle moeilijkheden en in
weerwil van het feit, dat alle collectebussen der Stichting waren
verdwenen, slaagden genoemde heeren er toch in om de tradi-
tioneele Kerstcollecte onmiddellijk na de bevrijding te organi-
seeren. Deze collecte en de inzamelingen, welke hierop zijn ge
volgd, leverden groote successen op. In 1946 kreeg de Stichting
een nieuw bestuur, hetwelk bestaat uit de heeren Joh. Miedema,
Voorzitter; R. Uges Jr., Secretaris; P. C. J. v. d. Vorst, Penning
meester; J. G. Bosman, J. S. Croeze, F. H. Janssen, W. G.
Veldhuizen, M. P. M. Vermin, C. van Willigen, S. Kinsbergen en
E. Prager, leden. De opbrengsten van de Bio-collecten voor
noodlijdende kinderen bedroeg in '45 en '46 ruim 760.000,
91