I
In
memoriam
Vooruitzichten
102
de Bedrijfsafdeling, de heer J. S. Croeze, hield bij deze gelegenheid een rede,
waarin hij de verdiensten van de scheidende voorzitter der Keuring releveerde en
namens de filmverhuurders een geschenk aanbood. Uit de afscheidsrede van de
heer Van Staveren bleek wel, dat de waardering wederzijds was.
In de maand October vierde voorts de heer D. J. van Leen zijn 30-jarig
jubileum als filmverhuurder. Op de daartoe belegde receptie, welke op 6 October
in Dordrecht plaats vond, was het Bestuur vertegenwoordigd en bood het de
jubilaris een geschenk aan.
In de loop van het verslagjaar bracht het Bestuur aan het Hoofdbestuur, de
Commissie Nieuwe Zaken en de Commissie Beroep Nieuwe Zaken 10 adviezen
uit met betrekking tot de toelating van nieuwe leden respectievelijk het verlenen
van toestemming voor het overnemen van bestaande zaken.
Na de in het begin van het verslagjaar gehouden Jaarvergadering was het
Bestuur als volgt samengesteld:
J. C. Croeze
Voorzitter
J. L. Paerl
Vice- Voorzitter
D. J. van Leen
Secretaris
L. W. R. Meyer
Penningmeester
H. S. Boekman
L. Groen
J. J. ter Linden
i Leden
C. S. Roem
J. Weening
In de Filmhuurschuld-Commissie hadden zitting:
T. S. Croeze
D. J. van Leen
C. S. Roem.
Er werden dit jaar drie sommaties, als bedoeld in de artikelen 10 en 13 van de
Bondsvoorwaarden (rode kaarten), verzonden, waarvan twee in zake betaling
van filmhuur en één in zake het inzenden van recette staten.
In October is de heer J. J. ter Linden als Bestuurslid afgetreden. In de aldus
ontstane vacature werd in de loop van het verslagjaar niet voorzien.
Door het aftreden van de heer Ter Linden vonden in verschillende andere
Bondscolleges enige mutaties plaats.
In dit verslagjaar zijn 7 ledenvergaderingen en 19 bestuursvergaderingen
gehouden.
Op 17 October ontviel ons een onzer oudste leden, de heer R. Minden. Hij
behoorde tot de oprichters van de Bond en heeft gedurende zijn lange loopbaan
in dit bedrijf onderscheidene functies vervuld, waaronder die van Vice-Voorzitter
van de Bond, arbiter en lid van de Ledenraad.
De nagedachtenis van deze pionier zal bij ons in hoge ere blijven.
Een verbetering van het bioscoopbezoek valt dit jaar niet te verwachten. Wij
zullen rekening moeten houden met het gevaar van werkloosheid, zoals in België
reeds het geval is. De strijd tegen de abnormaal hoge vermakelijkheidsbelasting
zal veel van onze aandacht en energie opeisen.
Het zal interessant zijn om na te gaan, of het feit, dat een paar van de
grote Amerikaanse filmproductiemaatschappijen een belangrijk gedeelte van hun
theaterbezit in Amerika hebben prijs gegeven, tot een grotere zelfstandigheid van
de kleinere filmproducenten in Amerika zal leiden. Dit laatste zou een uitkomst