32
in een N.V., doch als conditie was gesteld: controle van het Hoofd
bestuur op de aandelenpositie. Tegen deze conditie was het beroep
van aanvrager gericht, welk beroep echter werd verworpen.
Voorts vernietigde de Raad een beslissing van het Hoofdbestuur
waarbij de overdracht van een filmverhuurkantoor aan een nieuwe
aandeelhouder was geweigerd.
Op voorstel van het Hoofdbestuur besloot de Ledenraad op 24
Augustus 1948 om artikel 10 van het Gewijzigd Algemeen Bedrijfs-
reglement te vervangen door een nieuw artikel thans artikel 11),
hetwelk beoogt om de exploitant van een huurbioscoop te bescher
men tegen ongemotiveerde huuropzegging, welke ten doel heeft de
verhuurder of een nieuwe rechtverkrijgende de exploitatie van het
betrokken gebouw als bioscoop in handen te spelen. Terecht werd
voorzien, dat zo langzamerhand verschillende contracten, die hun
einddatum naderden, zouden worden opgezegd met het hiervoren
omschreven doel. Te dien einde werd in artikel 11 bepaald, dat
indien de verhuurder weigert het huurcontract te verlengen of een
nieuw huurcontract aan te gaan, het lid-exploitant een beroep kan
doen op het Hoofdbestuur teneinde een beslissing te verkrijgen van
een Arbitragecommissie, die zal hebben te bepalen, dat het huur
contract dient te worden verlengd, tenzij
a. de huurder of gewezen huurder het gebouw onbehoorlijk ge
bruikt;
b. met betaling van de huurpenningen achterstallig is;
c. weigert toe te stemmen in een redelijke huurprijs;
d. de economische belangen van de verhuurder verre uitgaan boven
die van de huurder-exploitant. Indien dit niet het geval is zal de
Arbitragecommissie als haar oordeel te kennen geven, dat de
verhuurder of diens nieuwe rechtverkrijgende niet als exploi
tant van de bioscoop in het Bedijfsregister behoort te worden
ingeschreven. Aan deze 'beslissing zijn het Hoofdbestuur en de
Ledenraad gebonden.
Inderdaad deden kort na de bedoelde reglementswijziging zeven
leden een beroep op artikel 11Het Hoofdbestuur nam echter in het
verslagjaar in geen enkel geval een beslissing op verzoeken van
nieuwe aanvragers, waarbij door de betrokken gedupeerde leden
toepassing van artikel 11 was gevraagd. Eveneens werd in het
afgelopen jaar door een huur-arbitragecommissie slechts één zaak
behandeld. De beslissing viel in dat geval echter ten nadele van het
betrokken lid-exploitant uit.