TELEVISIE
F A télévision est en marche en rien ne 1'arrêteraDe tele
visie, hoewel in ons land nog vrijwel onbekend, staat thans
op het punt hier haar intrede in het openbaar te doen. In de Ne
derlandse pers wordt zij bijna dagelijks onder de aandacht van de
lezers gebracht en de veronderstelling is gewettigd, dat ook in Ne
derland de belangstelling voor, of liever de nieuwsgierigheid naar
dit nieuwe ontspannings- en publiciteitsmedium, groot is.
Reeds in het verslagjaar werd bekend gemaakt, dat de omroep
verenigingen waarschijnlijk in 1950 de experimentele televisieuit
zendingen, die tot voor kort geregeld door Philips te Eindhoven
werden gegeven, zullen overnemen en voortzetten via de televisie
zender, welke in Het Gooi, Lopik of Jaarsveld zal worden geplaatst.
Tegelijkertijd gaat de Nederlandse industrie televisie-ontvangers
in de handel brengen.
De Bonds-Televisiecommissie welke in 1948 werd ingesteld en
die tot taak heeft de ontwikkeling van de televisie op de voet te
volgen om het Hoofdbestuur van advies te dienen met betrekking
tot de maatregelen, welke het film- en bioscoopbedrijf in de toekomst
zal hebben te treffen, was in het verslagjaar samengesteld ais
volgt: R. Uges Jr., Voorzitter; E. Alter, C. J. Blad, W. F. Dub-
beldeman*), E. F. W. Trijssenaar, J. Weening en C. v. d. Wil
den, leden. Ter vervanging van de Bondsdirecteur was als
Secretaris aan de Commissie toegevoegd de heer A. H. Pieterse.
De Commissie wijdde in het afgelopen jaar een aantal vergade
ringen aan de bestudering van de televisieproblemen, die zich
mogelijkerwijs aan het film- en bioscoopbedrijf zullen voordoen.
Reeds op 21 Maart bracht zij haar eerste rapport aan het Hoofd
bestuur uit, waarin zij maatregelen adviseerde tot bescherming van
de algemene belangen van het Nederlandse film- en bioscoopbe
drijf tegen het gebruiken van films voor televisiedoeleinden.
De Commissie was tot dit advies gekomen, omdat zij, gezien
de geweldige kosten en de grote moeilijkheden, verbonden aan de
televisering van interessante onderwerpen, de overtuiging had ge
kregen, dat de ondernemingen of verenigingen, die de televisie-uit
zendingen in Nederland gaan verzorgen, films zullen willen in
schakelen, evenals dit reeds in het buitenland geschiedt, omdat
films zich bij uitstek lenen voor televisering. De Commissie is daar
bij, zoals in haar rapport uitdrukkelijk is vastgesteld, niet uitgegaan
van de gedachte, dat ons bedrijf de ontwikkeling van de televisie
in ons land zou moeten en kunnen tegenhouden door zich te om
ringen met een Chinese muur van verbodsbepalingen tot het af-
D? heer W. F. Dubbeldeman bedankte in Maart 1949 voor het lidmaat
schap. In de vacature werd niet voorzien.
45