in de diverse kluizen werden bewaard, te constateren. In de periode van 1 December 1946 tot 1 December 1947 bevond zich in de kluizen maandelijks gemiddeld voor een waarde ad 7.000.000,aan filmmateriaal. In 1948 bedroeg dit maandge middelde 8.700.000,— en in 1949 10.300.000,—. Tegenover het aanleggen van een nieuwe filmvoorraad stond dus niet een verwijdering of althans een vermindering van het aanwezige oude materiaal. In aanmerking nemende, dat de premie wordt berekend naar het aantal meters film dat in de kluizen is opgeslagen, rijst de vraag of er geen mogelijkheid is om deze premie omlaag te brengen dooi vermindering van de filmvoorraad dan wel door te bepalen, dat materiaal dat bijvoorbeeld langer dan twee jaar in de kluizen aanwezig is, niet meer door de verzekering wordt gedekt. Uit een oogpunt van billijkheid is het gewettigd, dat zij die oude films langer dan normaal willen bewaren, daarvoor zelf de premie der verzekering dragen. De kosten van.de brandverzekering van de films in de kluizen bedroegen in het tijdvak van 1 December 1945 tot 1 December 1949 ƒ44.817,Aan schadeuitkeringen werd ontvangen een be drag van 3.400,Gedurende dezelfde periode beliepen de kosten van de all-risks verzekering 87.647,terwijl 67.472, aan schadeuitkeringen werd ontvangen. Pand Koningin Mariaplein 19, Den Haag Het gebouw, dat ter herberging van het Bureau en van de daaronder ressorterende diensten was aangekocht en dat daarna grondig was gerestaureerd, kwam per 1 Januari 1942 voor een bedrag van 32.593,08 in de boeken voor. Per 2 Maart 1942 werd het perceel als onderdeel van het Bonds vermogen door de Nederlandsche Kultuurkamer genaast. Bij no tariële acte van 20 Juli 1948 ;s de Bond t.a.v. gebouw en grond weder in zijn oorspronkelijke eigendomsrechten hersteld. Bij de bombardementsramp van 3 Maart 1945 is het gebouw volkomen verwoest; rekening houdende met een fiscale afschrijving van 2 per jaar, was de waarde toen te stellen op ongeveer ƒ29.750,Het gebouw was (door de Nederlandsche Kultuur kamer) tegen molest verzekerd bij de O.O.M, voor ƒ25.000, Op 26 Juni 1948 heeft de expert der O.O.M, de schade aan het gebouw vastgesteld op ƒ41.028, Op 23 December 1948 is van rijkswege voor gebouw en grond (die op 9 Januari 1948 ten behoeve van de gemeente 's-Graven- hage was onteigend) een gezamenlijke oorlogsschade-bijdrage en onteigeningsvergoeding van ƒ23.472,toegekend in de vorm van een inschrijving in het Grootboek voor de Wederopbouw. 68

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1949 | | pagina 71