Filmkeuring Sommaties Filmhuurschuldcommissie 89 De Voorzitter en de Administrateur hebben in opdracht van het Bestuur op 12 Februari een onderhoud gehad met de nieuwe Voorzitter der Centrale Commissie voor de Filmkeuring, de heer F. H. J. M. A. von Frijtag Drabbe, waarbij verschillende technische moeilijkheden, die zich voor de filmverhuurders bij de keuring voordeden, zijn besproken. Deze bleek een open oog voor onze moeilijkheden te hebben en verklaarde zich bereid zoveel in zijn vermogen lag aan de oplossing ervan mee te werken. Zijnerzijds had de nieuwe Voorzitter der Rijksfilmkeuring klachten ca. over het inzenden van niet volledige titel- lijsten en het door sommige filmverhuurders toegepaste systeem van stoppir- films, die gebruikt werden om te allen tijde door verwisseling met andere films onmiddellijk keuring te verkrijgen. Het spreekt vanzelf, dat het Bestuur ter zake heeft ingegrepen. Ben tweede bespreking met de heer Von Frijtag Drabbe hebben de Voor zitter en de Administrateur op 27 Augustus gevoerd, waarbij naar aanleiding van een brief, die de Voorzitter der Filmkeuring aan het Bestuur had gericht, uitvoerig van gedachten is gewisseld over het keuringstarief, de opvattingen der filmkeurders over de toepassing der keuringsnormen, het keuren van films in gewijzigde samenstelling, de keuringsrapporten enz. In het bizonder moge gereleveerd worden, dat de heer Von Frijtag Drabbe daarbij heeft toegezegd voortaan in de keuringsrapporten der daarvoor in aanmerking komende films te vermelden, wat er uit de film verwijderd moet worden om in een lagere leeftijdsklasse te worden ingedeeld. Deze besprekingen hebben in menig opzicht verhelderend gewerkt en de nieuwe Voorzitter der Rijksfilmkeuring is gebleken een man te zijn, die ener zijds er waarde aan hecht de onvermijdelijke technische belemmeringen tot een minimum te beperken en anderzijds het bedrijf wil jnlichten omtrent de opvat tingen der keurders, opdat daarbij bij het kopen van films rekening kan worden gehouden. De heer Von Frijtag Drabbe was daarna geruime tijd aan het ziekbed gekluisterd. Moge hij spoedig weer geheel hersteld zijn taak hervatten. Sedert dien is het voorzitterschap der Filmkeuring waargenomen door Mr. D. Bijdendijk. Bij de behandeling van enige betalingsgeschillen heeft de Commissie van Geschillen er de betrokken filmverhuurders een verwijt van gemaakt, dat zij geen gebruik hadden gemaakt van hun recht om de tegenpartij een sommatie der Filmhuurschuldcommissie te doen zenden. Sommige leden verklaarden zich in bepaalde gevallen van het zenden van sommaties te moeten onthouden uit vrees cliënten te verliezen. Andere leden beklaagden zich erover, dat zij door het te bat ontvangen van recette-staten niet in staat waren hun licentie afrekeningen tijdig aan de Deviezenafdeling van het Bondsbureau in te zenden. Dit alles in aanmerking nemende en vooropstellende, dat aan het principe der contante betaling de hand moet worden gehouden, besloot de afdelings vergadering van 5 September op voorstel van het Bestuur te bepalen, dat, indien een afdelingslid het filmhuurbedrag of de recette-staat niet tijdig heeft ontvangen, het lid gehouden is op de wijze als in artikel 10 der Bonds- voorwaarden is omschreven een klacht bij de Filmhuurschuldcommissie in te dienen. Het Hoofdbestuur maakte evenwel gebruik van zijn reglementaire bevoegd- neid om dit besluit te vernietigen. Het gaf te kennen, dat de reglementair gestelde termijnen voor het inzenden der recette-staten en het betalen der filmhuur in menig geval als gevolg van het vertraagde bank- en giroverkeer te krap zijn geworden en dat een verplichting tot het zenden van sommaties eerst in aanmerking kan komen, als deze termijnen bij de nieuwe situatie aansluiten.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1949 | | pagina 93