FILMBELANGSTELLING EN FILMIMPORT
25
U ET filmbezoek, dat in de afgelopen jaren een wel zeer scherpe
daling te zien gaf ten opzichte van 1946, vertoonde ook over het
afgelopen jaar een verdere teruggang, zij het dat deze over het
algemeen veel minder groot was.
Bedroeg in 1947 het bezoekersaantal nog 90 van dat in 1946,
in 1948 was dit percentage reeds gedaald tot 84,6, in 1949 daalde
het andermaal tot 73,1, terwijl in het verslagjaar het filmbezoek
bedroeg 72,1 van het bezoek in het meer genoemde basisjaar.
De bezoekcijfers in bovenvermelde jaren waren als volgt samen
gesteld:
1950
1949
1950
t.o.v.
1919
1948
1S50
t.o.v.
1948
1947
1950
t.o.v.
1947
1946
1950
t.o.v.
1946
(xlOOO)
(xlOOO)
(xlOOO)
(x 1000)
(x 1000)
Amsterdam
13.450
13.450
15.100
-10.9
16.400
-18.-
18.300
-26.5
Den Haag
8.050
8 15C
- 1.2
9.750
-17.4
9.900
-18.7
11.100
-27.5
Rotterdam
5.325
5.400
- 1.4
6.400
-168
7.000
—23.9
7.300
-27
Arnhem
1.100
1.050
4.8
1.000
10.
1.100
1.500
-26.7
Eindhoven
1.325
1.350
- 1.9
1.550
-11.3
1.700
-22.1
2.000
-33.7
Enschede
775
800
3.1
850
- 8.8
900
-13.9
1.000
-22.5
Groningen
1.325
1.300
1.9
1.450
- 8.6
1.500
-11.7
1.900
-30.3
Haarlem
1.850
1.900
-2.6
2.200
-15.9
2.400
-22.9
2.800
-33.9
Nijmegen
950
950
1.050
- 9.5
1.100
-13.6
1.100
-13.6
Tilburg
1.075
1.100
2.3
1.200
-10.4
1.200
-10.4
1.000
2.5
Utrecht
2.600
2.750
-5.5
3.200
-18.7
3.300
-21.2
4.100
-36.6
37.825
38.200
1-
43.750
-13.5
46.500
-18.7
52.100
—27.4
Overige gemeenten
25.675
25.950
- 1.1
30.100
14.7
32.400
-20.9
35.600
-27.9
63.500
64.150
- 1.-
73.850
-14.
78.900
-19.5
87.700
—27.6
Reisbioscopen
425
700
-39.3
1.150
-63.
900
-52.8
1.000
-57.5
63.925
64.850
- 1.4
75.000
14.8
79.800
-19.9
88.700
-27.9
Ten opzichte van 1949 daalde het bezoek in 1950 in de drie
grote steden Amsterdam, Den Haag en Rotterdam tezamen, met
0,6 en ten opzichte van 1946 met 26,9 buiten de drie grote
steden bedroeg de daling 2,— resp. 28,7 Ook in 1950 kon
net aandeel van de bioscopen, buiten de drie grote steden, in het
totale filmbezoek zich dan ook vrijwel handhaven op hetzelfde peil
als de voorafgaande jaren; het bedroeg 58 tegenover een aandeel
in de jaren 1949, 1948, 1947 en 1946 ad. resp. 58,4, 58,5, 58,3 en
58,6
